Reisverhalen - Myanmar

hpa-an



op de apenrots


Het is iets over half negen als een jongen op een scooter het terrein van het hostel op komt rijden en Hpa-An roept. Dat is m’n bestemming en ik wuif naar mijn tafelgenoten als ik achter op de scooter ga zitten. Deze brengt mij precies 100 meter verder en wijst op een van de pick-ups.

 

Ik maak kennis met  drie andere Westerse dames en samen met een lokaal meisje nemen we plaats achter in de pick up naast een viertal gasflessen. We zijn nog geen 10 kilometer onderweg, al half verwaaid als de motor van de pick up weigert te starten.

 

Het lokale meisje wuift gedag en laat ons nietsvermoedend achter in de pick-up. Na tien minuten blijkt dat we niet verder kunnen en we worden gewenkt uit te stappen over te stappen in een andere pick-up die natuurlijk tot de nok vol zit met mensen en spullen. 

 

Of we niet op het dak willen zitten? Nou eigenlijk niet. Blijkbaar was het geen vraag en binnen een minuut zitten we met z’n vieren op het dak met onze grote tassen en vliegt de eerste pet af. Gegrabbel in de grote tas en even later zit ik met m’n muts over m’n hoofd getrokken, zonnebril op, fleece aan en kleine tas over m’n bruine knieën heen op een zeiltje boven op de pick-up.  We zien eruit als mensen van Mars maar dit is de enige manier om vanavond geen suizend gevoel in je hoofd over te houden van het gesuis van de wind.

 

Achterover liggend tegen m’n rugzak aan gaat het prima zolang de pick-up is rijdende; het wordt alleen beroerd als de auto stopt om mensen uit te laten of goederen en je opeens de zon voelt. Ik trek direct de muts van m’n hoofd voor lucht en rits m’n fleece open. En dan rijden we weer. De rit duurt ongeveer drie uur en ook al stappen mensen uit, we worden niet de pick-up in geroepen, ook de vrouwen niet.

 

Van bovenaf zien we de oude hoofdstad “Thaton” voorbijschieten en drie uur later stopt de auto om ons uit te laten in Hpa-An. 


Kawkta Thuang


Om acht uur de volgende dag  zijn de dames beneden en voor het hostel wachten wij op onze gids en tuk tuk. Iets over achten komt deze voor rijden om ons op een halve dag trip mee te nemen in de omgeving van de stad.

 

We maken kennis en springen met z’n vieren achterin; het eerste stuk is over het asfalt en heel goed te doen.

 

We stoppen bij een klooster Kawkta Thuang grot waar voor de muur van het complex een hele rij stenen monniken is neergezet die een rijstkom voor zich houden. We lopen eerst een stuk het pad af omdat we een hele groep mensen in het veld zien werken – ze zijn rijst aan het insteken en we komen een stukje dichterbij kijken. De mensen zwaaien en vragen zich waarschijnlijk af waarom wij zo geïnteresseerd zijn.

 

Grote rieten hoeden en een kromme rug dat is het eerste wat in ons opkomt als we kijken naar al die bukkende vooral vrouwen die dit loodzware werk doen in de brandende hitte. We blijven een behoorlijke poos staan kijken naar dit werk wat duizenden mensen doen en waarvan wij elke dag genieten aan de eettafel. Dan lopen we terug naar de poort van het klooster en zien een hele groep Boeddha beelden in goud in elke stand voor de ingang van de grot. We schieten onze schoenen uit en kijken naar wederom een hele rij Boeddha beelden (nu veel kleiner) die op een rij aan de rand van de grot staan.

 

Veel interessanter zijn de super kleine Boeddha beelden die in het dak van de grot zijn uitgehakt en lijken op een wandtapijt van tegeltjes. Het is glad op de vloer en het is uitkijken. Een altaar met Boeddha beelden maar ook een gezellige zitstoel en iets wat lijkt op een lampenkap. We lopen helemaal naar achteren en zien nog een kleine doorgang waar het aardedonker is. Het is tijd om naar ons volgende site te gaan. 



La-Ka-Na


We stappen weer achter in het karretje en gaan richting stop 2 van de dag: La-Ka-Na. We stoppen bij een smalle betonnen brug die zo te zien loopt naar een kleine gemeenschap aan de andere kant van het water. Aan de brug zitten nog allemaal ijzeren staven alsof deze nog helemaal niet af is.

 

Hij is zo’n meter breed en je moet goed opletten dat je, indien er scooters voorbij rijden, er niet afglijdt. Aan beiden zijden zijn rijstvelden te zien – het ene veld staat diep onder water, terwijl het andere vol staat met rijstplanten.

 

Onze gids maakt duidelijk dat er twee opties zijn. Of we lopen even over de brug en dan terug of hij kan naar de andere brug rijden zodat we een rondje lopen door het dorpje en hij ons daar weer ophaalt. Natuurlijk kiezen we voor het laatste. 

 

Op de achtergrond prachtige bergen en een schitterende blauwe lucht. We wandelen op ons gemakje naar de overkant en zwaaien naar de mensen die verderop in de rijstvelden aan het werk zijn. Ook hier de prachtige Birmese hoeden en ingepakte mensen tegen de brandende zon. Het dorpje is niet meer dan een zandpad met aan beide zijden houten huizen op palen. Soms zitten lokalen op de trap te werken terwijl andere op de fiets langs ons heen rijden.

 

We lopen langs een klooster waar een hele rits aan kindermonniken over de muur springt om een glimp van ons op te vangen. Onze gids is daar al om ons op te vangen en we staan nog een hele tijd met wat lokale mensen te praten aan de overkant van de tweede brug. Oma die net weer een nieuwe lading betelnoten in haar mond stopt vind het prachtig en kan haar ogen niet van mij afhouden.

 

Wij stappen weer de tuk tuk in en zwaaien de familie gedag; de gids legt uit dat dit echte “Kayin” mensen en eruitzien als “Bamar” maar geen woord Birmees verstaan. 


saddar grot


Het is een verschrikkelijke route met de tuk-tuk over een smalle weg met gaten, kuilen en hobbels en we moeten ons goed vasthouden om niet het karretje uitgeworpen te worden. Na een half uur hobbelen komen we op een kleine parkeerplaats aan waar de Saddar grot is.

 

Onze gids legt uit dat Saddar staat voor de naam van de witte Koningsolifant; voordat je de Boeddha tempel betreedt (natuurlijk zonder schoenen) staan er twee gigantische grote witte olifantenbeelden aan weerszijden bij de stenen trap.

 

De entree van de grot is indrukwekkend; een gigantisch grote hal met Boeddha beelden in de wanden geprint (met goud) in verschillende vormen, kleinere Boeddhabeelden aan weerszijden en een groot altaar met een grote gouden liggende Boeddha op de achtergrond. Vreemd genoeg zijn wij hier alleen en hebben we rustig de tijd om de hele “zaal” in ons op te nemen.

 

Glibberig en glad

We pakken onze schoenen op en wandelen naar wat lijkt het einde van de grot maar niets is minder waar. Hier doen we onze schoenen weer aan en beginnen een 20 minuten wandeling door het pikkedonker naar de andere kant van de grot. Gelukkig heeft onze gids twee redelijk goede zaklantaarns mee want anders hadden we het niet gered.

 

We lopen d.m.v. glibberige moddertrappetjes langs grote stalagmieten, hele grote kristallen vormen en horen tienduizenden vleermuizen gillen. Het is glad waarschijnlijk van alle vleermuizenpoep en beangstigend als je kijkt naar de hele hoge plafonds van deze mega grot. 

 

Met een bezweet shirt, modderige schoenen zien we het einde in zicht – een straal licht. Het lijkt een oase in de woestijn – een zeer romantisch klein meertje omringd door groen, een aantal bootmensen met prachtige rieten hoeden en een stalletje. Ik bestel een kop koffie (ik heb nog steeds niets gegeten) en we kijken vanaf wat houten bankjes naar de bootmensen verderop.

 

Er hangen grote vissersnetten aan de grot en onze gids wijst op een stukje groen in het water waar vissen in zitten om andere vissen aan te trekken. We besluiten een bootje te huren en een stuk door de grot te varen in een ander gedeelte.

 

Bootman

Met twee mensen zitten we op een houten rekje in een zeer laag houten bootje terwijl de bootman zittend peddelt. De grot is laag en je moet oppassen dat je je hoofd niet stoot.

 

We komen aan de andere kant uit in zeer laag water en hebben een prachtig zicht op de vele rijstvelden die hier liggen, de achterliggende Karst bergen en een schitterende wolkenhemel. Het is behoorlijk heet geworden en de bootman is gaan staan en gebruikt nu de stok om de boot af te zetten op de bodem. Verderop staan wat mensen in het water – zij zijn bezig het riet te verzetten.

 

De waterweg is smal en ondiep. We varen een stuk om de grot heen om daar ergens afgezet te worden omdat het onbevaarbaar wordt. Hiervandaan lopen we het laatste stukje terug naar onze tuk-tuk. 



Kyauk Ka Lot


Gelukkig nemen we een andere route terug en al is de weg hier ook niet best, zo slecht als eerder wordt het niet meer. Ik zie een bord “waterval” staan en we draaien de weg af om even later bij een reeks aan restaurantjes te stoppen. Blijkbaar gaan we hier lunchen.

 

Met een volle maag rijden we naar onze laatste bestemming voor de dag: Kyauk Ka Lot. Het is een klooster dat op een klein eilandje in een meer is gelegen; een lange brug verbind het klooster met het vasteland en de rots die midden op het eilandje ligt heeft iets weg van een spijker.

 

Ik moet direct denken aan de rots in Phuket waar de film “the man with the golden gun” is opgenomen. Het klooster op zich is niet heel bijzonder maar het uitzicht van de rots over het meer en de omgeving is prachtig. Pas om 15:00 zijn we terug en klaar voor een douche. 



tips & advies (2014)


Het busstation ligt zo’n 1,5 kilometer ten westen van het centrum. Ook kun je “oppikservices” boeken als je via je hostel of ticketkantoor boekt (klokkentoren). 

 

Hpa-An – Myawadi (grens Thailand): ik heb vervoer kunnen regelen via hostel Soe brothers voor 10.000 K richting de grens met Thailand (Mae Sot). Om de dag kun je heen of terugreizen naar de grens en je wordt om 07:30 opgehaald.

 

Ik zou in een minibus zitten maar waarschijnlijk waren er niet genoeg mensen waardoor ik in een gezamenlijke taxi terecht kwam. Het is vijf uur reizen en je wordt bij de vriendschapsbrug, wat de grens is met Thailand, in Myawadi afgezet. 

 

TIP: 

Koop drinken en eten voor deze trip want gestopt wordt er niet. 


Er zijn minstens drie leuke tentjes om te eten/drinken. De eerste is vlakbij de klokkentoren – een klein lokaal restaurantje met prima eten. Lucky restaurant is waarschijnlijk het meest populair; het eten is prima en het tapbier ijskoud.

 

Tegenover “Lucky” zit een meer lokaal maar even goede plaats. 



Naam                 : Than Lwin Pyar guesthouse

Adres                 : Ward (2), Thida Road

Prijs                    :  8.000 K (single)

Tel.nr.                 : 058 215113

 

Inhoud: 

Het hostel ligt even verder dan het zeer populaire “Soe Brothers” maar nog steeds in het centrum. Alles is van hout dus het is wel iets gehorig. Er zijn verschillende kamers voor verschillende budgetten en groottes. Sommige hebben wc en douche in de kamer, andere weer niet.

 

Ontbijt is in ieder geval niet mogelijk hier. Boven is achter een soort van zitje met uitzicht op de bomen en landbouwgrond. Hier zijn twee wc’s, twee wasbakken en een douche. In de hal waar aan weerszijden kamers zijn hangt een AC en als de deuren aan beide zijden dicht is komt de koele lucht de kamers binnen door een reep van 50 cm gaas aan de boven- en onderkant van de kamer.

 

Door deze open plekken zijn de kamers hier behoorlijk gehorig. Ook zijn de kamers gemaakt van hout. M’n kamer (zonder raam) was redelijk groot, een 1,5 persoons bed, tafeltje met ventilator en een grote handdoek. Super schoon en een WIFI zo goed als ik het nog niet gehad heb in het land. 


Wij hebben bewust een halve georganiseerde dag trip gekozen aangezien we genoeg pagodes, grotten en andere zaken op onze trip hadden gezien en ook nog wat tijd voor onszelf wilden hebben. Maar het wordt alsnog een anderhalve dag.

 

Je wordt opgehaald door een tuk-tuk inclusief bestuurder die perfect Engels spreekt en eigenlijk als gids fungeert. 

 

PRIJS : 18:000 voor een halve dag 

TIJD : 08:30 – 15:00

  • ENTREE : zijn er niet 

 

Inclusief: 

• Kawtka Thuang grot

• La-Ka-Na dorpje

• Weverij (lokale kledij)

• Saddar grot

• Kyauk Ka lot klooster

 

TIPS: 

• Als je naar Kawgun grot wil zul je entree moeten betalen (rond de 3000 K) dit is exclusief (omdat dit niet op de route lag hebben wij deze grot daar gelaten)

• Neem een goede zaklantaarn mee voor je wandeling door de Saddar grot die aardedonker is; 

• Je zult op verschillende plekken je schoenen uit moeten doen (Boeddhistische tempels) maar je hebt zeker wel schoenen nodig in de Saddar grot vanwege de vleermuizenpoep op de grond; 

• Je hebt in de grot geen warme kleding nodig!



zie ook:



meer links:


Hatoji

JAPAN

Als je wilt genieten van het platteland van Japan huur een traditionele kamer in Hatoji. 

Mai Chau

VIETNAM

Slapen bij lokalen thuis en heerlijke wandelingen maken door de rijstvelden zonder alle toeristen.