Achtergrondinformatie - Griekenland

"Aanval en bezetting van Kreta" (1941)


inleiding


Op 28 Oktober 1940 was Italië vanuit Albanië Griekenland binnengevallen. De aanval was vastgelopen en zij werden zelfs tot in Albanië teruggedreven. Toen ook in het voorjaar van 1941 een tweede aanval mislukte riep Mussolini de hulp van Hitler die druk bezig was de veldslag met de Sovjet Unie voor te bereiden. 

 

Nazi Duitsland riep de hulp in van Roemenië, Bulgarije en Joegoslavië waarop in de laatst genoemde een staatsgreep plaatsvond. Hitler besloot de hele Balkan veilig te stellen, beducht dat hij was dat Engelse troepen in Griekenland zou landen en in z’n flank werden gesitueerd als hij Rusland zou aanvallen.

 

Op 6 April 1941 viel Duitsland met hulp van Bulgaarse en Italiaanse troepen Joegoslavië en Griekenland binnen. Elf dagen hield Joegoslavië het vol voordat Duitsland al z’n pijlen kon richten op het Middellandse Zee land.

 

Op 30 April werd het gehele vasteland van Griekenland door de Duitsers ingenomen. Op 20 Mei 1941 zouden de nazi’s d.m.v. luchtlandingen Kreta veroveren. Het vasteland van Griekenland zou tot het najaar van 1944 bezet worden door Bulgarije, Italië en de “Wehrmacht” terwijl Kreta en andere Griekse eilanden zelfs tot de capitulatie van Duitsland bezet zouden zijn. 


operatie "Mercurius"


Geallieerde strijdkrachten hadden Kreta direct bezet toen Italië Griekenland aanviel. Na de nederlaag op het Griekse vasteland trokken de Gemenebesttroepen (25.000 man) en een klein deel van de Griekse troepen zich terug (10.000 man) naar het eiland Kreta om daar het 14.00 sterke garnizoen te versterken. 

 

Kreta was voor de geallieerden belangrijk omdat het de Britse marine van uitstekende havenfaciliteiten in de oostelijke Middellandse Zee voorzag. Vanuit Kreta waren de Roemeense olievelden met bommenwerpers te bereiken. Vanuit het oogpunt van de As-mogendheden was het belangrijk dat de geallieerde basis op Kreta geëlimineerd werd, omdat het voor Operatie Barbarossa noodzakelijk was dat de zuidoostelijke positie stevig in centrale handen was.

 

Wanneer ook Malta aangepakt kon worden, zou de Britse positie in de oostelijke Middellandse Zee aanmerkelijk verzwakt worden. Omdat de in Alexandrië gestationeerde Britse marine-eenheden de wateren rondom Kreta controleerden, was een landing vanuit zee zeer riskant.

 

Er was daarom besloten tot een luchtlanding. De strategie zou zijn om met parachutisten sleutelposities als luchthavens te veroveren, waarna voorraden en versterkingen ingevlogen konden worden.

 

Hoewel luchtlandingsaanvallen eerder waren  uitgevoerd (o.a. in Nederland in Mei 1940) zou dit in aantallen troepen en goederen ver overtreffen.  

 

Het Duitse plan is bekend

De Geallieerden waren enigszins op de hoogte (via ULTRA) van de Duitse plannen en wisten hun para technieken na eerdere (lucht)landingen. De Nieuw-Zeelandse commandant Freyberg besloot de vliegvelden onklaar te maken maar kreeg echter een tegenbevel van het opperbevel voor het Midden-Oosten in Alexandrië. Deze meenden dat de luchtlanding tot mislukken gedoemd was nu het plan bekend was geworden en wilde deze behouden voor een terugkeer van de RAF.

 

Daarop werd de verdediging van de vliegvelden versterkt al ging de Nieuw Zeelandse commandant ook steeds meer uit van een aanval uit zee.

 

Zij stuitten daarbij op de moeilijkheid dat door gebrek aan moderne uitrusting lichtbewapende parachutisten over dezelfde vuurkracht konden beschikken als zijn eigen troepen. De Duitse aanval begon met bombardementen door de Luftwaffe die de Geallieerde vliegtuigen uiteindelijk dwong naar Alexandrië uit te wijken. De Luftwaffe had hierdoor vrij spel boven het eiland.

 

Het XI Fliegerkorps werd verantwoordelijk voor een aanval door de 7de Duitse luchtlandingsdivisie, die met parachutes en gliders zouden landen, gevolgd door de 22ste Duitse luchtlandingsdivisie wanneer de vliegvelden veiliggesteld zouden zijn. Het zou de eerste grootschalige luchtlandingsoperatie uit de geschiedenis worden.



de duitse luchtlandingen


Om 08.00 uur op 20 mei landen Duitse para's bij Maleme en Chania, kleinere vliegvelden gebouwd ter ondersteuning van het hoofdvliegveld bij Iraklion.

 

Deze moesten direct de verdediging neutraliseren en de luchtafweer onschadelijk maken. Pas daarna zouden derhalve pas grotere eenheden per glider kunnen landen.

 

Maar van deze Duitse strijdkrachten werd het merendeel door Geallieerde strijdkrachten in de pan gehakt. De gliders werden door mortiervuur binnen seconden na de landing geraakt. Griekse politie en cadetten waren eveneens in actie. Zij versloegen een Duitse landing bij Kissamos, en beletten Duitse bewegingen bij Kolimbari en Paleochora.

 

Overal op het eiland voegde de Griekse bevolking, gewapend of ongewapend, zich met een door beide partijen onverwachte felheid in de strijd. Nadat zij over hun aanvankelijke schok heen waren (zij gingen uit van een vriendelijk(er) ontvangst), reageerden de Duitsers naar de bevolking met minstens evenveel geweld.

 

Een tweede Duitse aanvalsgolf arriveerde om 16.00 bij Rethimnon en Iraklion. Evenals bij de eerdere aanvallen waren de verdedigers paraat, en brachten de aanvallers zware verliezen toe. Bij het vallen van de avond hadden de Duitsers geen van hun doelen bereikt. Het riskante plan om op vier verschillende plaatsen aan te vallen, scheen gefaald te hebben, al tasten de Duitsers nog in het duister over de oorzaken.

 

De Duitsers bij Maleme drongen echter langzaam de Nieuw-Zeelanders van de strategische heuvel 107, die uitzicht over het vliegveld bood.

 

Het commando op Kreta besloot de volgende dag alles op alles te zetten in de strijd bij Maleme. Op de eerste dag had de Luftwaffe 593 transportvliegtuigen ingezet voor het transport van de troepen.


de terugtocht


De strategische heuvel “107” was de volgende ochtend per vergissing verlaten waardoor de Duitsers controle kregen over het belangrijke vliegveld waardoor Duitse de “Junkers Ju 52” verse troepen konden aanvoeren.

 

Veel toestellen werden door artillerievuur geraakt, en het vliegveld raakte bezaaid met kapotte toestellen. De Duitsers slaagden alsnog in hun opzet en de volgende dagen er toch in om 14.000 man van bergjagers op het eiland te brengen.

 

Het geallieerde commando op Kreta, zich realiserend dat Maleme nu een sleutelgebied was geworden voor het behoud van het eiland, organiseerde een tegenaanval door twee Nieuw-Zeelandse bataljons in de nacht van de 21 op 22 mei. De aanval mislukte, het vliegveld kon niet hernomen worden.

 

Vanaf dit tijdstip werden de geallieerden gedwongen zich naar de oostelijke kant (richting Sfakia) van het eiland terug te trekken, om niet door oprukkende Duitse troepen afgesneden te worden. Deze braken uit hun bruggenhoofden na bombardementen met hun stuka’s. Gedurende de volgende vier nachten werden 16.000 man naar Egypte afgevoerd hun zware wapens vernietigend achtergelaten. Een kleiner aantal manschappen werd vanuit Iraklion afgevoerd.

 

Deze schepen werden onderweg door de Luftwaffe aangevallen en leden zware verliezen. Op 1 juni gaven de overblijvende 5.000 verdedigers van Sfakia zich over, hoewel velen de heuvels en bergen in vluchten met wapens van de Engelsen om zich van daaruit de Duitsers nog jaren last zouden blijven veroorzaken.


luchtlandingen (algemeen)


Geallieerde commandanten waren bezorgd geweest dat Kreta als springplank voor operaties tegen Egypte of elders in het Midden-Oosten zou worden gebruikt. Als daar al Duitse plannen voor waren geweest, dan zijn ze niet uitgevoerd. De zware verliezen aan Duitse para's, de tweede maal na de mislukte luchtlanding bij Den Haag, deden Hitler besluiten deze nooit meer op deze wijze in te zetten.

 

Dit betekende, gezien de slechte communicatie in het Rode leger, dat een potentieel zeer effectief wapen niet in Rusland werd ingezet. Ook de voorbereidingen voor de inname van het vestingeiland Malta (Operatie Hercules) werd gestopt. Dit hoewel de inname van Malta en daarmee de inname van het Britse protectoraat Egypte in de eerste opzet een van de doelen van de bezetting van Kreta was geweest.

 

De Geallieerden waren daarentegen onder de indruk van het effect van de parachutisten en Churchill gaf bevel tot de opbouw van de Britse 1e Luchtlandingsdivisie. Britse en Amerikaanse luchtlandingsoperaties zouden plaatsvinden tijdens o.a. de landing op Sicilië, Normandië en operatie “Market Garden”.


de duitse bezetting


Op Kreta ontstond een zeer actief gewapend verzet, dat op zijn hoogtepunt 50.000 man troepen van de As-mogendheden op het eiland vasthield. De Duitse troepen namen vergeldingsmaatregelen en represailles tegen de burgerbevolking. Slechts vier joodse inwoners zouden het overleefd hebben. Het verzet bleef actief tot de bevrijding in 1945.

 

Het vasteland van Griekenland werd tijdens de bezetting in stukken gehakt; Italië kreeg controle over delen van Noord-Griekenland en een deel van de Ionische eilanden terwijl de Bulgaren het noordoosten (West-Thracië) en Macedonië bezetten. De Duitsers bezetten het centrale deel en de Peloponnesos plus de meeste eilanden, vanwege de strategische ligging.

 

Ook de Turkse grens en de grote steden Thessaloniki en Athene werden door vooral het 12e Duitse leger gecontroleerd. De Bulgaren traden in hun zone hard op tegen iedere uiting van Griekse cultuur en propageerden de Bulgaars-Slavisch Macedonische cultuur. De Bulgaren weigerden derhalve met de Jodenvervolging mee te doen.

 

Wie in de Italiaanse zone woonde was wellicht nog het beste af: de Italianen gedroegen zich correct, er was minder hongersnood, en de joden werden met rust gelaten. In 1943 capituleerde Italië, waarop de Duitsers de bezette gebieden overnamen. 

 

Hongersnood breekt uit

Door de bezetting kon Griekenland nu ook geen graan meer invoeren, waardoor hongersnood uitbrak. Met name in Athene en op de eilanden was de situatie zeer ernstig, en ten slotte gaven de Duitsers de geallieerden toestemming de Grieken met graan te bevoorraden.

 

Driehonderdduizend Grieken stierven de hongerdood, duizenden anderen door represailles en de economie van het land die geruïneerd werd.

 

In  Griekenland ontstond t.t.v. de hongersnood het Griekse Verzet, één van de meest effectieve van bezet Europa. Deze verzetsgroep lanceerde enkele guerrilla-aanvallen tegen de bezetters en zorgde voor grote spionagenetwerken, maar tegen eind 1943 begonnen ze onder elkaar te vechten. Toen Griekenland bevrijd werd in oktober 1944 bevond het land zich in een crisis die geleid had tot een burgeroorlog.



einde van de oorlog


In Oktober 1944 trokken de meeste Duitsers terug naar Oostenrijk en Hongarije om niet door de oprukkende Russen de pas afgesneden te worden. De Britten zouden in Griekenland landen op hun hoede dat de Russen ook de Balkan totaal onder hun hoede zouden krijgen.

 

Op sommige plekken, zoals op Kreta en andere eilanden, bleven Duitse garnizoenen echter de controle uitoefenen tot mei of zelfs juni 1945.

 

De Griekse verdediging heeft mogelijk beslissend bijgedragen aan de eindoverwinning van WW2 doordat het de aanval op de Sovjet-Unie vertraagde. Veldmaarschalk Keitel verklaarde later: "De ongelooflijk taaie weerstand van de Grieken vertraagde de campagne tegen Rusland met twee maanden.

 

Zonder deze vertraging zou de uitslag van de gevechten op het oostelijk front en de uitslag van de oorlog anders zijn geweest, en zouden de beschuldigers van vandaag hier de beschuldigden zijn geweest. "Hitler verklaarde: "de deelname van Italië aan de oorlog bleek voor ons catastrofaal.

 

Hadden de Italianen niet Griekenland aangevallen en onze hulp nodig gehad, dan had de oorlog een ander verloop gehad. We hadden de tijd gehad om Moskou en Leningrad in te nemen voor de Russische winter inzette”.


film


"The Guns of Navarone" - (1961; 7,6)

Tijdens de Tweede Wereldoorlog krijgen zes soldaten de opdracht om tegen elke prijs de enorme Duitse kanonnen op het Griekse eiland Navarone te vernietigen.

 

Deze kanonnen zijn in een onneembare rots gebouwd en controleren een strategische zeestraat in de Egeïsche zee.



zie ook: