Achtergrondinformatie - Tunesië

operatie "torch" (1942)



inleiding


Tijdens de Arcadiaconferentie van december 1941 en januari 1942 besloten de geallieerde leiders om de Sovjetunie bij te staan en te 'vriend' te houden. Er zou een tweede front in het westen gevormd worden.

 

Zowel de Britten als de Amerikanen realiseerden zich dat ze beide te zwak waren voor het moment om een landing in Europa te wagen en hun oog viel op een bevrijding van Frans Afrika.

 

In april 1942 werd een overeenstemming bereikt tot 'Operatie Bolero', een codenaam voor het opbouwen van Amerikaanse strijdkrachten en voorraden in Groot-Brittannië.

 

Twee maanden later opteerden Roosevelt en Churchill voor een invasie in Marokko en Algerije om “Vichy” Frankrijk zover te krijgen om de kant van de Geallieerden te kiezen en om de Middellandse Zee “vrij” te krijgen. Ook Malta werd op deze manier ontzet van z’n talloze aanvallen. 


"torch"


Frans Noord-Afrika. Operatie “Flagpost” hield een geheime ontmoeting in tussen de Amerikaanse generaal “Clark” en de Franse “Vichy” generaal “Mast” in, de leider van de pro-Geallieerde Franse soldaten in Frans Noord-Afrika. Er werd gehoopt (en verwacht) op een minimale weerstand van het Franse Vichy-regime, vooraleer de As-mogendheden Italië en Duitsland met kracht zouden reageren.

 

Operatie “Kingpin” (staand voor de generaal “Giraud”) was een bevrijdingsactie om de Franse top generaal naar Gibraltar te halen zodat hij vanaf nu de Vrije Fransen zou leiden. De plannen van 'Gymnast' werden aangepast en kreeg de codenaam 'Super-Gymnast' en de operatie zelf kreeg de naam Operatie “Torch”. 

 

Het doel van Operatie “Torch” was het verkrijgen van de controle in Marokko en Algerije door drie gelijktijdige invasiegolven. De westelijke aanvalsgolf nam Marokko voor zijn rekening met als hoofddoel Casablanca.

 

De centrale en oostelijke aanvalsgolven namen Algerije voor hun rekening met hoofdoelen Oran en Algiers, later gevolgd door een landing te “Bône”, de doorgang naar Tunesië. De start van Operatie “Torch” werd gezet op 8 november 1942. De landing te “Bône” werd gepland op 12 november waarbij werd gehoopt dat generaal Erwin Rommel tegen deze datum verslagen zou zijn te “El Alamein” en op de terugtocht naar Tunesië.

 

Aanval op Tunis uitgesteld

Plannen voor een aanval op Tunis werden geschrapt vanwege de aanwezigheid van As-luchtaanvallen vanaf de vliegvelden op Sicilië en Sardinië. Door deze strategie hoopte de geallieerde legerleiding de As-mogendheden in een tang te krijgen en zo Noord-Afrika te bevrijden om vanuit daar de “zachte onderbuik” (volgens Churchill) aan te vallen en zo op te rukken vanuit het zuiden richting Duitsland. 

 

De hoop en verwachting werd uitgesproken dat de ongeveer 125.000 Franse “Vichy” troepen niet op hun voormalige bondgenoot zou schieten. Wel was er schrik dat de Franse marine niet zo flexibel zou zijn na de Engelse aanval op “Kers El-Kebir” in 1940. Duitse aanvallen vielen alleen te verwachten door de “Luftwaffe”.

 

Het bevel gold – niet vuren als er niet gevuurd wordt. Eisenhower zou het gezamenlijke Amerikaans-Britse bevel voeren vanuit Gibraltar waarbij de Westelijke aanvalsgroepen o.l.v. Amerikaans generaal Patton uit zo’n 35.000 troepen zouden bestaan verdeeld over 100 schepen.

 

Voorafgaand aan de aanvallen in Noord-Afrika werden Duitse U-boten weggelokt door een ander Geallieerd marine-konvooi. Zo konden de Amerikaanse en Britse boten onopgemerkt de kusten van Marokko en Algerije bereiken. 


De aanvallen in Algerije (Oran en Algiers)


De Centrale aanvalsgroep (Oran)

De Centrale aanvalsgroep (Oran) bestaande uit 18.500 soldaten werd verdeeld over drie stranden. Twee ten westen van Oran en eentje ten oosten van deze stad. Net als in Marokko zou de aanval in de vroege morgen van 8 November 1942 aanvangen.

 

Net als in Marokko was er oponthoud aangezien opeens een Frans konvooi aan de horizon verscheen terwijl Geallieerde mijnenvegers een veilig “pad” probeerde te maken voor de landingsvaartuigen. Veel schade aan die vaartuigen door onvoorzien laag water en zandvlaktes. Men zou bijvoorbeeld bij de landing in Normandië hier lering van trekken en eerst de landingsplekken onderzoeken. 

 

De Amerikanen die landen ten oosten van Oran veroverde al snel de daar aanwezige kustbatterij op de Fransen. Er werd een poging gedaan direct in de haven van de stad te landen om zo de havenfaciliteiten en aanwezige schepen te redden. Operatie “Reservist” zoals deze genoemd werd mislukte jammerlijk; de sloepen waarmee de Amerikanen aan kwamen werd door Frans vuur vernietigd. De “Vichy” Franse vloot vertrok uit de haven en viel de Geallieerde armada aan – al hun schepen werden vernietigd.

 

De rest van de Fransen vluchtte weg. Tijdens “Torch” zou de eerste grote Geallieerde luchtlanding plaatsvinden en wel vlakbij de twee vliegvelden van de stad. De vliegtuigen waren in Engeland opgestegen en zouden via Spanje naar Algerije vliegen. Slecht weer, navigatie- en communicatieproblemen veroorzaakten een ver verspreide luchtlandingsdivisie en zo’n 30 van de 37 te landen op een droge bedding van een nabij gelegen zoutmeer. Ondanks dit werden de vliegvelden veroverd.

 

De Franse verdedigers zouden de 8e en 9e November hun gebieden in en rond de stad hartstochtelijk verdedigen. Pas toen de Britse oorlogsschepen continue bleven vuren op de stad gaven de Fransen zich over. Op 9 November was Oran bevrijd. 



De Oostelijke aanvalsgroep (Algiers) 

De nacht voor de aanval (vanaf middernacht 8 November 1942) werd er in de stad zelf (Algiers) door zo’n 400 Joodse Franse verzetsstrijders een coupe gepleegd. Sleuteldoelen zoals de telefooncentrale, radiostation, gouverneurshuis en het hoofdkwartier van het leger werden aangevallen en bezet.

 

Ook het huis van de opperbevelhebber van de Fransen in Noord-Afrika generaal “Juin” werd omsingeld. Deze wilde eerst met admiraal “Darlan” overleggen voordat hij van kant zou wisselen en aan Geallieerde zijde zou gaan vechten. 

 

De aanval op Algiers (oostelijke aanvalsgroep) bestond uit zo’n 20.000 soldaten van het Britse en Amerikaanse leger. Degene uit  Engeland werden in Amerikaanse uniformen gehesen omdat de Geallieerden er vanuit gingen dat de Fransen deze eerder zouden accepteren.

 

Terwijl sommige landingen werden uitgevoerd op de verkeerde stranden rond Algiers zou dit niets uitmaken ten gevolge van de zeer zwakke tegenstand van de Fransen alhier. Al de kustbatterijen waren door het verzet geneutraliseerd en de Geallieerden werden soms feestelijk onthaald door de Fransen. Het enige echte gevecht vond plaats in de haven van de hoofdstad van Algerije.

 

Operatie “Terminal” was een dezelfde poging van de Geallieerden om direct in de haven te landen om zodoende de schepen en havenfaciliteiten te redden. Zwaar artillerievuur was hun deel. Desondanks konden 250 “rangers” in de haven worden gelost. De gelande troepen trokken snel land inwaarts en generaal “Juin” gaf de stad over aan de Geallieerden om 18:00. De race door moeilijk terrein met slecht (winter)weer naar Tunis (800 kilometer) was begonnen. 


plannen voor TUNESIË


Op 10 November na de overgave van Algiers (en Frans Marokko en Algerije) werd er direct door de Geallieerden bevel geven de beschikbare troepen vanuit Algiers richting de Algerijnse steden Bougie”, “Philippeville”, en “en Bône” in het oosten te sturen.

 

Helaas waren maar twee kleine divisies klaar om direct te vertrekken en er ontstonden (pijnlijke) vertragingen zo zou al snel blijken. Het Franse “Afrikaanse leger” werd omgevormd tot het derde Geallieerde korps ( “XIX”) en zou onder generaal “Anderson” komen te staan. Franse oorlogsbodems voor zover (nog) niet opgeblazen zouden zich ook aansluiten bij de Geallieerden.

 

Er waren twee belangrijke wegen die vanuit Algerije naar Tunesië leiden. De Geallieerden zouden beiden gebruiken om zo snel mogelijk (het liefst voordat enige extra Duitse troepen zouden arriveren) de belangrijke (havens)steden Bizerte en Tunis te veroveren. 

 

Op 11 November waren de Britten zonder tegenstand geland in “Bougie” wat ongeveer halverwege Algiers en de Tunesische grens ligt. Op een klein eilandje voor de kust van Algerije moest vliegveld “Djedjelli” direct bezet worden om vanuit vliegtuigen richting Tunesië te sturen. Vanwege een tekort aan voorraden werd deze pas op 13 November veroverd. “Bone” vliegveld vlakbij de kuststad “Annaba” werd omsingeld door Geallieerde parachutisten en de stad met z’n belangrijke haven werd op 12 November ingenomen.

 

De troepen maakten zich direct klaar om richting Tunesische grens op te rukken. 


het VACUÜM


Op 10 November gingen de Fransen in Marokko en Algerije aan Geallieerde zijde vechten en ontstond in Tunesië een militair machtsvacuüm. De Franse gouverneur in Tunesië stond in tweestrijd en aarzelde; de Geallieerden bijstaan of Duitse hulp toestaan? Hij besloot de vliegvelden voor geen van de partijen te sluiten en de nazi’s waren er als de kippen bij om honderden vliegtuigen te stationeren in Tunis.

 

Hitler was ervan overtuigd dat Tunesië met z’n natuurlijke, naar z’n inzicht, zeer goede verdedigbare grenzen gemakkelijk behouden kon worden. Zo zou er ook geen invasie in Europa volgen was z’n gedachte. De Duitse opperbevelhebber “Walther Nehring” werd op 12 November al door Hitler aangewezen om het nieuwe geformeerde “XC” korps te leiden. Vijf dagen later arriveerde hij in Tunis.

 

Ook op 12 November waren de Duitsers begonnen aan hun opbouw van manschappen; duizenden werden ingevlogen en aan het eind van de maand waren drie Duitse divisies (o.a. de sterke 10e Panzer divisie) en twee Italiaanse in Tunesië aanwezig. Klaar om Tunesië tot het einde te verdedigen. Pas aan het einde van November waren de Geallieerde “Force K” (Malta) en “Force Q” in Algerijns “Bône” geformeerd om een blokkade over zee en in de lucht aan te brengen o.a. door mijnen te leggen. 


Duitse vs Geallieerde troepen in Tunesië


Ondertussen had Frans generaal “Barre” zijn aanwezige troepen in Tunesië naar de heuvels in het westen van het land gemanoeuvreerd. Er werd een linie gevormd vanaf de stad “Teboursouk”door de belangrijke transporthub “Medjez el-Bab”.

 

Hij beval dat iedereen die door deze lijn wilde gaan direct zou worden doodgeschoten. De Geallieerden oprukkend uit Algerije hadden de Tunesische grens reeds overschreden en hadden op 15 November de stad “Tebarka” bereikt.

 

Verder naar het zuiden waren op die dezelfde dag Amerikaanse parachutisten zonder tegenstand geland bij “Youks-les-Bains” zo’n 20 km voor de stad Tebessa, 100 km voor de Tunesische grens. Zij rukten direct op naar de centrale aan de oostelijke zijde van Tunesië liggende stad “Gafsa”. Op 17 November wisten zij de stad en z’n belangrijke vliegveld te bezetten zonder noemenswaardige tegenstand.

 

De volgende dag waren de Geallieerden aan de noordkust weer 30 km opgerukt en waren meester van de belangrijke berg “Djebel Aboid” langs de weg naar Bizerte. Nu stonden Duitse troepen hun op te wachten. Het doel (de stad) lag op nog 100 kilometer afstand. 

 

Twee dagen nadat de “Nehring” was aangekomen eiste hij op 19 November toegang over de brug in “Medjez”. De Franse generaal was onverbiddelijk en weigerde. De Duitsers vielen de slecht bevoorrade Fransen twee keer aan maar wisten niet door te breken. Maar de Fransen hadden veel slachtoffers te betreuren, hadden een gebrek aan wapens en munitie en waren genoodzaakt zich terug te trekken.  


consequenties


Direct toen Hitler hoorde van de Franse deal tussen “Darlan” en de Geallieerden beval hij “Vichy” Frankrijk te bezetten. De Fransen in Marokko en Algerije trokken vrijwel direct met de Geallieerden op terwijl die in Tunesië aarzelden, sommige vochten met de nazi’s en later terugtrokken om goed bevoorraad te worden.

 

Op 22 November werden, als gevolg van het “verdrag van Noord-Afrika”, alle Franse troepen onder Geallieerd bevel geplaatst. Nu konden pas alle Amerikaanse en Britse troepen vanuit Marokko en Algerije richting het front gaan in Tunesië. 

 

Met de verse troepen aangevoerd vanuit Sicilië zou Tunesië tot de laatste man verdedigd worden, gemakkelijk volgens Hitler vanwege z’n goede natuurlijke grenzen. De Geallieerden zouden nooit een poging doen Europa aan te vallen met Duitse troepen in hun rug was z’n rationele gedachte. Pas toen de Geallieerden klaar waren om Tunesië te ontdoen van de nazi’s waren deze zo goed bevoorraad dat ze de Amerikanen en de Britten op elk gebied overtroefden. De strijd in Tunesië stond op het punt te beginnen. 



zie ook: