Drvar

Reisverhalen - BiH



Kljuc


De busroute tussen Banja Luka en Drvar is prachtig - het lijkt alsof we op een plateau rijden die wat weg hebben van wijde Alpenweides met rotsen en gras en op de lage heuvels bos. 

 

Drvar was al bekend in het tijdperk van Oostenrijk-Hongarije vanwege de hoge kwaliteit van het hout afkomstig uit dit gebied.

 

Het Drvar gebied is nog steeds een van de grootste houtproductie- en houtverwerkingsgebieden in Bosnië en Herzegovina en waarschijnlijk daarom die “open” plekken. Heel weinig bebouwing (geen dorpjes) en het is moeilijk te bepalen waar we nu precies zijn.

 

Dan komen we weer op een weg die ook op m’n kaart staat en rijden we naar de stad Kljuc.

 

De industriestad

Daar stoppen we zo’n 20 minuten en rijden dan door. Het laatste stuk zit ik alleen in het busje. We rijden op een heuvelrug en ik zie m’n eindbestemming “Dvrar” liggen in de vallei. Grote industrie in het midden die ik herken van foto’s van internet. We zigzaggen de berg af en ik zie al bordjes van de grot van Tito en kan mij zo aardig oriënteren.

 

In de vallei rijden we langs de “grot” en rijden parallel aan de hoofdweg van de stad richting het vervallen busstation. Ik stap uit terwijl de chauffeur een koffie bestelt.


het "roze" hotel


Na m’n eigen kop koffie wandel ik de hoofdstraat in wat een mix is van nieuw, oud, vervallen en nog meer vervallen. Ik kom langs de prachtige grijze Orthodoxe kerk en herinner mij dat hier aan de andere kant van de weg een stukje de heuvel op de begraafplaats ligt, op de helling.

 

Deze werd door de Duitsers in de oorlog als “Citadel” aangeduid aangezien zij ervan uitgingen dat hier het hoofdkwartier van Tito gelegen was.

 

Er zijn nog graven uit de tijd van het Habsburgse Rijk en er zouden zelfs wat Duitse soldaten begraven zijn na de aanval op het hoofdkwartier. Op zou er op deze plek een Romeinse markering te zien van ongeveer 100 jaar na Christus. Ik ga nog op zoek naar een kamerverhuur maar na een poging, die bestond uit een uur wandelen met een rugtas op de heuvel op kom ik met hangende pootjes terug in het roze sjeik uitziende Hotel “Drvar” en boek alsnog hier een kamer.

 

De grot en twee musea

Dan wandel ik terug naar het kruispunt en loop naar de bocht waar ik eerder met het busje reed en waar ik het bordje zag van Tito’s grot. De oude ijzeren brug over de rivier Unac ligt er nog en ik kom bij een hek en twee huisjes waarvan een origineel is (hoor ik later). Het meisje spreekt Engels en legt uit dat de grot verderop ligt maar dat je ook de twee kleine musea kunt bezoeken voor een kleine extra bijdrage.

 

Ik betaal voor het totaalpakket en wandel langs de heuvel op een goed aangelegd pad richting de twee gerenoveerde (maar tevens originele huizen). Het blijkt dat de bankjes hier veelal gebruikt worden door jonge vrijers en ik zie een uitgebrande treinstel staan blijkbaar bewaard van de slag die zich hier in de vallei heeft afgespeeld tijdens operatie “Rosselsprung”.  


>> Lees hier over Tito z'n ondergrondse bunker in Konjic


het hangende hoofdkwartier


Omdat ik nu nog alleen ben besluit ik direct naar het hek die leidt naar de grot te gaan.

 

Het is nog een flinke klim over rotsen en stenen en alleen een begeleidend hekje aan de zijkant.

 

Dan verscholen tussen de rotsen is op een plateau een houten huis te zien, eigenlijk twee, en daarachter een scheur in de rotsen waar een klein beekje onderdoor loopt – die in de lente een behoorlijke woeste beek wordt (zie ik later op foto’s en hoor ik van de lokalen hier). 

 

Vallende stenen

Helaas zijn de huisjes afgesloten en er staat niets binnen. Ook de grot is afgesloten en ik zie de reden. Stenen komen hier blijkbaar zo nu en dan naar beneden en zijn dus ook op het gerenoveerde achterhuisje gevallen. Staand op het kleine houten voor-plateau kijk ik naar de stad verderop van achter struiken en bomen en snap waarom dit nooit gevonden is – het valt gewoonweg totaal niet op zo halverwege de rotsen.

 

Wellicht dat de partizanen ook camouflagenetten gebruikten en wellicht verschillende in de veranderende seizoenen. Ik wandel terug en loop alleen het linkerhuisje in dat 25 Mei heet. Er is een uniform van Tito inclusief pet te zien in een vitrine, een Duitse uniform in een pop en heel veel foto’s van Drvar van voor en na de oorlog en wat tekst, maar heel summier en meest niet in Engels.

 

Ik kijk naar de maquette die hier staat en duidelijk is dat het hoofdkwartier tussen enerzijds de stad (met de rivier als buffer ertussen ligt) en achter de heuvelrug ligt de spoorlijn – als buffer. 

 

Operatie “Rosselsprung”: 

Inleiding

De Duitsers hadden een hoop te dulden van de verschillende verzetsgroepen in voormalig Joegoslavië en dit was alleen maar erger geworden toen de nazi’s wereldwijd terrein verloren en de kans dat ze de oorlog zouden kunnen gaan verliezen groter werd.

 

Italië was al van het strijdtoneel verdwenen en de Partizanen van Tito hadden veel wapens van deze ex-As-land af kunnen pakken en er waren duizenden nieuwe leden aangemeld.

 

Er werd in het late voorjaar van 1944 door de Duitsers een nieuwe operatie bedacht om Tito gevangen te nemen en te doden. Het plan zou te boek komen te staan als “operatie Rosselsprung” – de ridder zet. Verschillende Duitse partijen hadden informatie verzameld over de omvang, plaatsen van partizanen en de plek van het nieuwe vaste hoofdkwartier van Tito rond of in Drvar.

 

De Duitsers hadden inmiddels door foto-opnames uit de lucht de aanwezige Geallieerden in het gebied al gelokaliseerd en waren op zoek naar goede bombardementen objecten. De Partizanen daarentegen waren op de hoogte van de aanwezigheid van zweefvliegtuigen en de aanwezigheid van paratroopers in Joegoslavië en hadden natuurlijk de verkenningsvluchten gezien. Tito wisselde tijdelijk van de ene grot naar de andere. Terwijl de Partizanen dachten dat het zo’n vaart niet zou lopen waarschuwden de Britten voor een aanval.

 

De Duitse aanval

Op 25 Mei 1944 begon de operatie met een luchtaanval van de Luftwaffe op verschillende plekken in de vallei en op Drvar. Direct erna werden Duitsers d.m.v. zweefvliegen en parachute in twee shifts gedropt in de regio om Tito en z’n staf te pakken te krijgen. “s Middags zouden Duitse en Kroatische grondtroepen van drie kanten de paratroopers ondersteunen en de Partizanen in de regio alsmede de Geallieerde hulptroepen onder handen nemen.

 

De Duitsers zouden aan het einde van de ochtend op zo’n 50 meter van de mond van de grot komen maar zouden hevige verliezen lijden. Daarnaast hadden ze een tekort aan water. Tito en z’n 20 koppige staf zou zich op dit moment diep in de grot verborgen houden. Vanuit het zuidoosten kwamen met spoed een aantal bataljons partizanen te hulp en in dit gevecht vluchtte Tito en z’n gevolg door een touw te gebruiken en zich tot de rivier te laten zakken.

 

Een vlucht naar Potoci

Verderop zou hij de vallei uitklimmen en naar het nabijgelegen “Potoci” vluchtten. Tijdens het mdidaguur werd de tweede sectie paratroopers gedropt en hier vielen vele slachtoffers aan beide zijden. De Duitsers verzamelden zich in een verdedigbare perimeter vlakbij de begraafplaats en waren nu totaal omsingeld door duizenden partizanen maar niet verslagen. De Duitse grondtroepen hadden grote moeite dichterbij te komen door Geallieerde luchtaanvallen en de taaie verdediging van de Partizanen.

 

Nadat de Partizanen wederom hadden getracht de Duitsers te verslaan zag hij in dat de Duitse grondtroepen te sterk waren en beval de terugtocht van de partizanen die werden aangevallen door de Luftwaffe. Toen Duitse troepen ook “Potoci” naderden zou Tito verder trekken per voet en op een paard en wagen naar “Kupres”. De omsingelde Duitsers werden pas op 26 Mei ontzet.

 

Tito weer aan de slag

Tito werd op 3 Juni overgevlogen naar Bari in Italië en werd drie dagen later per boot naar het eiland “Vis” gebracht dat al onder Geallieerd bevel stond. Het geheel had wel wat verstoring gebracht in Partizaanse gelederen maar binenn weken stond de organisatie weer en zou Drvar weer onder Partizaans bevel staan. De Duiters zouden tijdens de operatie meer dan 700 man verliezen en bijna 1000 gewonden.

 

De partizanen daarentegen zouden bijna 6000 man hebben verloren. 


>> Lees hier over Partizanen leider Tito



bekende rakija


Ik wandel terug en maak kennis met de man van de souvenirshop die mij een typische “home-made” rakija aanbied die ik niet afsla. Al proef ik het niet dit zou de hout-bes variant moeten zijn waar de regio zo bekend omstaat. Ook het lieve meisje die de entree verzorgd en twee lokale vrouwen zitten erbij en drinken gezellig een glaasje mee.

 

Ik hoor dat het originele huisje van Tito door de Duitsers is vernield in WWII maar de meubels en andere spullen niet. Da’s juist gebeurd in de oorlog van 1992 wat het wel erg maakt eigenlijk. Zij spreekt Engels, de man Duits en ik hoor nu precies waar de begraafplaats zich bevind en hoor ook dat de huisjes hier al stonden.

 

De man vertelt dat het woord Drvar afstamt van het Servo-Kroatische woord 'DRVO' wat 'hout' betekent.

 

Gedurende het bestaan van de Socialistische Federale Republiek Joegoslavië heette de stad Titov Drvar ter ere van Josip Broz Tito, nu heet alleen de hoofdstraat nog steeds “Tito”. We babbelen nog wat verder als ik richting stad ga. Morgen op naar Kroatië.  


>> Lees over het andere nog bestaande hoofdkwartier van Tito in Base 20 


drvar - tips & advies (2015)


Het bustation ligt in het zuiden van de stad, vlakbij de hoofdstraat en er gaan zeker busjes hiervandaan naar “Livno” en “Bosansko Grahovo”. 

 

Drvar – Knin (KROATIE) – Sibenek: er gaat zeker een bus per dag (09:30) van Drvar via de grens bij “Strumica” naar Knin in Kroatië die doorgaat naar “Zadar”. Maar niet vanaf het busstation – je moet opstappen bij de verkeerskruising et de stoplichten op de doorgaande weg van “Bosanski Petrovac” naar “Knin”.

 

Daar wordt een half uur pauze ingeroosterd en om 10:00 vertrekt deze. Je bent om 11:00 bij de grens en een half uur later in “Knin”. Kosten zijn 14 KM. 

 

Er gaat een boemeltreintje van Knin treinstation naar Sibenek. Vertrek om 15:07 en aankomst om 17:02. Kosten 50 Kuna. 



Naam                : Hotel “Drvar” 

Adres                : Titova Ulica 25

Prijs                   : 60 KM (single) 

Tel.nr.                 : +387 34819111

E-mail                : infohoteldrvar@yahoo.com

 

Inhoud: 

Dit 3 sterren hotel is eigenlijk de enige (echte) optie in de stad om te slapen. Iedereen kent het, het ligt in de hoofdstraat, en je herkent het direct omdat het zwaar roze is geverfd.

 

Het past niet echt in de stad omdat het supermodern is met een “sjeik” terras voor. de kamers zijn prima, beetje gehorig, ruim, groot bed, TV, WIFI (niet zo best soms) en een heerlijke hete douche.

 

Ontbijt is inbegrepen en je kunt kiezen uit zoet of zout. Zout bestaat uit een omelet met kaas en ham, wat brood, koffie en een glas water. Het is redelijk. 


BESTEDINGSTIJD:

Je bent eigenlijk snel uitgekeken bij de grot maar de plek en omgeving blijven speciaal. Entree is 3 KM alleen voor de grot en je betaalt 2 KM voor de twee musea. 



zie ook:




meer links:


Belgrado

SERVIE

In de hoofdstad van Servie, Belgrado kun je o.a. het graf van Josef Tito bezoeken. 

Base 20

SLOVENIE

Verscholen in de bossen van noord-Slovenië ligt dit voormalige partizanen hoofdkwartier.