Reisverhalen - Vietnam

ninh binh (Tam COc)



inleiding


Ik lees wat in m’n boek als we dichtbij komen en de conducteur duidelijk maakt dat m’n stop eraan komt. We komen aan bij een groot geel koloniaal gebouw waar blauwe luiken voor de ramen hangen en wat palmbomen staan. Grote vochtplekken prijken op de muur.

 

Het lijkt wel of ik een filmdecor uit de jaren 50 uitstap. Dat “beeld” is direct weg als er een tiental mensen op mij afkomen om te vragen of ik al een hostel heb, waar ik naartoe ga en dat soort vragen. Ik loop door de haag heen naar het nabijgelegen busstation.

 

Aan het meisje vraag ik of er lokale bussen gaan naar m’n bestemming Tam Coc maar zij geeft aan dat ik een (motor)taxi moet nemen. Ik krijg meer en meer het idee dat de bussen en de mensen in het toeristische dorp een deal hebben gesloten dat ze geen Westerlingen meenemen zodat de hele gemeenschap mee profiteert.

 

Ik loop weg van het station in de richting van m’n bestemming dat op zo’n 10 kilometer ligt en hoop op een gelukje. Een Vietnamees op een oude gammele scooter met een grote gifgroene Vietnamese legerhelm op komt langsrijden en vraagt of ik meewil. We sluiten een deal, ik zet het eitje op m’n hoofd en ik spring achterop.  


zwaargewicht


Eenmaal achterop draait de man zich om en vraagt niet geheel zonder schroom hoeveel ik eigenlijk weeg. Ik lach en antwoord dat ik niet zoveel weeg maar m’n tas het dubbele van ons samen. Met bijna platte banden komen we aan bij het haventje van Tam Coc en ik betaal hem de rekening.

 

Een jongeman spreekt mij aan met de vraag of ik misschien met hem het tourtje wil maken. Thuis zou ik erg geschrokken zijn van zo’n intieme vraag maar hier gaat het om een backpacker die de kosten wil delen.

 

We besluiten laat in de middag af te spreken om de grote stroom dagjesmensen uit Hanoi enigszins te vermijden.


mysterieuze aanblik


Ik ben wat te vroeg en loop een rondje over het kleine haventje wat er pittoresk maar ook vooral toeristisch uitziet. In het midden (eilandje) zijn ze een groot duur resort aan te bouwen zo te zien met palmbomen en huizen in een oude artistieke koloniale stijl. 

 

Even later krijgen we een bootje toegewezen en kijken naar het kleine op leeftijd zijnde vrouwtje wat twee behoorlijke grote Westerse kerels 6 kilometer moet voortstuwen in een boot.

 

Tientallen bootjes komen ons tegemoet en wat ik net al van de kade had gezien zie ik nu van dichtbij – de roeiers roeien met hun voeten i.p.v. met hun handen. We varen het meer over achter het nieuwe hotel (tenminste dat moet het gaan worden) en onder een bruggetje door waar nog wat mensen in hutjes wonen.

 

Dan houd de bebouwing op en komen de Karst bergen dichterbij. Dit is de “Ngo Dong” rivier en omdat het zo mistig is en wat druppelt doen de bergen nog mysterieuzer aan dan anders.


grottenstelsels


Voordeel is dat we geen zonnecrème op hoeven te doen want de zon gaat vandaag zeker niet meer schijnen. De grote drukte is voorbij en we komen nog maar een paar bootjes tegen. We helpen de vrouw door zelf ook een peddel te pakken en mee te zwiepen in het water.

 

Een stuk rijstveld of riet staat hier onder water en de stilte, de rust is misschien nog wel het mooiste Het zachtjes regenen houd op en het komt nu met bakken uit de hemel. Josef, mijn Indiase metgezel voor de dag staat erop dat hij m’n kleine paraplu gebruikt en ik de grote die voorin de boot ligt.

 

Boven op de rotsen zien we de tempel die hij eerder vandaag bezocht heeft. Daarvandaan moet je een schitterend uitzicht hebben over deze rivier en z’n omgeving. De rivier kronkelt zich een weg naar de eerste grot “Hang Ga” die 127 meter lang is en ik af en toe het gevoel heb dat ik m’n kop ga stoten.

 

Deze is laag en aardedonker en het is dan ook een wonder dat we de tegenovergestelde boot niet raken.



de agressieve verkopers


Het tweede stuk lijkt op het eerste stuk en daar voeren we door “Hang Giua” door die 70 meter qua lengte is. Een man staat hier in het water en trekt een net voor waar een piepschuimen bak aan hangt. Onder de volgende grot “Hang Cuoi” liggen allemaal bootjes.

 

Dit zijn de verkoopsters waar m’n reisgids het over heeft. Maar de streken die daar staan beschreven is totaal niet wat wij hier te wachten staat.

 

Ze kijken ons niet ‘ns aan als we onder deze grot doorvoeren naar een plek waar normaliter waarschijnlijk allemaal kraampjes staan. Vanwege het tijdstip en het weer is het er nu helemaal leeg.

 

De vrouw vraagt of we terug kunnen en wij beamen. Onder de rots stoppen we even en een bootje komt naar ons toe gevaren met de vraag of we een banaan, cola of bier willen. Dan gaan we terug en gaan opeens een stuk sneller. Als ik omkijk zie ik het oude vrouwtje bijna op haar rug liggen en de peddels met haar voeten bewegen.

 

Het leek een toeristische attractie maar het lijkt noodzaak te zijn.  


romantisch of niet?


Als we bijna aanleggen vraagt ze om een fooi die we al van plan waren om te geven. We geven voor ons een behoorlijke tip maar ze is niet tevreden. We zwaaien gedag maar krijgen geen kik. ’s Avonds lopen we terug naar het restaurantje waar we vanmiddag een koffie hebben gedronken.

 

Naast het feit dat er geen stroom is en alles verlicht is met kaarsen is het dorp uitgestorven. Het is negen uur als het meisje ons gapend aankijkt en eigenlijk vraagt om te betalen en a.u.b. weg te gaan. We betalen de rekening en taaien af terwijl het zo mooi had kunnen en moeten zijn. 



tips & advies (2014)


Je kunt vanuit Ninh Binh gemakkelijk en snel in Tam Coc komen; probleem daarbij is alleen dat er geen (tenminste dat zegt een ieder) lokale bussen rijden wat te betwijfelen is.

 

Blijkbaar is er een regeling tussen de gemeenschap en de busmaatschappij om een andere route te rijden. Voor een toerist is het dus alleen mogelijk per taxi of motortaxi de 9 kilometer af te leggen vanaf Ninh Binh en Tam Coc. Met een beetje afdingen kun je een ritje krijgen voor 50.000 VND.

 

Je kunt natuurlijk ook met een tour vanuit Ninh Binh of zelfs Hanoi in Tam Coc komen.


Zoals boven aangegeven is Tam Coc niet veel meer dan een straatje met een haventje, wat hostels, hotels, een restaurant en wat stalletjes. ’s Avonds is het echt een dode boel omdat de lokalen elders wonen en alleen de mensen die verblijven in de hotels hier voor een hapje eten gaan en dan meestal in hun eigen hostel blijven.

 

Er is misschien 1 of 2 leuke terrasjes waar je kunt zitten als je geluk hebt dat er wat meer mensen zijn in het dorp. Bedenk dat veel mensen op een tour of heen-en-weertje gaan naar Tam Coc.

 

Je betaalt hier net even wat meer dan elders.



Er zijn zeer zeker voldoende hostels om hier een plek voor de nacht te vinden ook al is het ook geen woud van hostels of hotels wat wellicht wel nog gaat komen in de toekomst. Maar je hoeft (nu) niet bang te zijn dat je geen slaapplek vindt.

 

Anders kun je altijd de 9km teruggaan naar “Ninh Binh”.

 

Naam : “Tuan Tu” restaurant en guesthouse

Adres : Hoofdstraat

Prijs : 60.000 VND (single)

Tel.nr. : 016387 754852

 

Inhoud:

Het restaurant ligt in het hart van “Tam Coc” in de hoofdstraat vlakbij waar de boten aan- en afmeren naar “Tam Coc”. Het restaurant ziet er niet echt gezellig uit maar de vrouw staat wel in een Franse reisgids van vorig jaar vermeld waar ze grif mee te koop loopt. De enige reden waarom ik hier terechtkwam is dat iemand mij erop wees dat de vrouw ook kamers verhuurt. Dit staat namelijk nergens op de gevel aangegeven.

 

Ze heeft meerdere kamers op drie verdiepingen en ik kreeg een kleine rechthoekige kamer die nog geverfd diende te worden. Er hangt een gordijn voor het binnen-raam, een gesloten klerenkast, een ventilator en een TL buis. Ook is WIFI aanwezig en krijg je een handdoek, zeep en een wc rol.

 

Tegen de achterkant staat een 2p bed met schone lakens en kussens. Douche en wc zijn ernaast aanwezig – schoon en met heet water. Als je echt goedkoop wilt moet je hier verblijven wat helemaal niet zo slecht is maar het houdt niet over.


BESTEDINGSTIJD:

Zoals boven aangegeven zit je ongeveer twee uur in het bootje. Wat je ook kunt doen is een motor of fiets huren en bijvoorbeeld de “Bich Dong” pagoda bezoeken die een prachtig uitzicht geeft over de waterweg tussen het Karstgebergte en z’n rijstvelden. Je kunt ook gaan wandelen maar bovenstaande opties zijn beter.

 

TIPS:

Neem in ieder geval een flesje water mee (het kan behoorlijk heet worden in de bootjes en er zit geen dak op) en een parapu (of regenkleding). Deze laatste kun je gebruiken tegen de zon en tegen de regen. Misschien iets voor onder je kont is ook fijn en een plastic zak om je (waardevolle) spullen mee te beschermen tegen wederom de regen en de zon.

 

Warme kleding is niet echt noodzakelijk maar als je toch iets voor onder je kont meeneemt kun je dit gebruiken tegen de kou. Een zaklamp is niet echt noodzakelijk al ga je onder drie grotten door. Geld heb je nodig voor de entree natuurlijk, de fooi (als je wilt) en als je iets wilt kopen van de verkoopsters in de bootjes bij de derde grot.

 

Entreebewijzen:

Je betaalt 120.000 VND entree fee. En daarboven op komt dan nog de kosten van een bootje. Twee (grote) volwassen toeristen is het maximale toegestane en hiervoor betaal je 150.000 VND. Het tourtje duurt ongeveer 2 uur waarbij de roeier zo’n 4 a 6 km roeit (heen en terug zelfde weg).

 

De roeier vraagt wel om een fooi – wij hebben met z’n tweeën 50.000 VND gegeven.



zie ook:




Meer links:


Alleppey

INDIA

In zuidwest India liggen de backwaters van Kerala in Alleppey - een kano is het leukste. 

Mekong rivier

LAOS

Vanaf Huay Xai in Thailand kun je de Mekong rivier nemen als vervoer richting Pak Beng in Laos.