Bezienswaardigheden - VS

manzanar, mono lake en bodie




inleiding


Aan de oostkant van de Sierra Nevada liggen aan de Highway 395 een aantal zeer interessante sites.

 

Historic park “Manzanar” ligt tussen de stadjes Independence en Lone Pine in het dal van de Owens River aan de voet van Mount Williamson en was gedurende de Tweede Wereldoorlog één van de tien interneringskampen voor Japanse Amerikanen. Twee derde van de 10.046 mensen die werden geïnterneerd was geboren Amerikaans staatsburger. In 1992 werd de plek aangewezen als officieel monument en deze kun je tegenwoordig (gratis) bezoeken. 

 

Ten noorden van Independence en Bishop vlakbij Lee Vining ligt het “Mono” lake. Het meer staat bekend om de grillig gevormde zoutpilaren nabij de zuidwestelijke oever en vulkanische kraters. Ten noordoosten van Lee Vining en het zoutmeer ligt het meest indrukwekkende spookstadje van de Verenigde Staten.

 

Oud-goudmijnstadje Bodie ligt op ruim 2200 meter hoogte en lijkt alsof  de bewoners vertrokken zijn zonder iets mee te nemen of om te kijken. 


highlights


Manzanar:

Jaren voor de Japanse aanval op Pearl Harbor in Hawaii op de Amerikaanse Pacifische vloot werd de anti-Aziatische haat aangewakkerd door propaganda. Na de laffe aanval op 7 December 1941 kwam het besluit van de Verenigde Staten tot deelname aan de Tweede Wereldoorlog.

 

Hierop werden niet meer alleen de in de Verenigde Staten wonende Japanners, maar ook alle Amerikanen met Japanse voorouders aangemerkt als staatsgevaarlijk bestempeld. In 1942 werd besloten de uitgestorven regio aan de oostzijde van de Sierra Nevada te gaan gebruiken voor een concentratie- en interneringskamp voor Japanse allochtonen en van oorsprong Japanse Amerikanen.

 

In “Executive Order 9066” stond dat grote delen van de aan de Grote Oceaan grenzende staten aangemerkt werden als uitzonderingsgebied. Alle bewoners van Alaska, Californië, het westen van Oregon en Washington en delen van Arizona, met Japanse voorouders werden door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de War Relocation Authority ("Oorlogs Verhuizings Autoriteit") gedwongen om naar kampen buiten dit gebied te verhuizen. 

 

Maanlandschap

Het kamp is gelegen in een zeer winderig dal van de Owens River aan de voet van Mount Williamson en het kan er heel heet zijn overdag in de zomer en heel koud ’s nachts en in de winterperiode. Het bestond oorspronkelijk uit 36 blokken van ieder 12 barakken. In ieder blok werden circa 300 personen ondergebracht.

 

Het terrein werd omgeven door een 8 km lang hek, waarlangs 8 wachttorens waren geplaatst waarvan er nog een tweetal staan (of nagebouwd zijn). Het geheel werd bewaakt door een eenheid van de militaire politie.

 

Toen de geïnterneerden door hadden dat ze hier voorlopig niet uit zouden komen creëerden ze een gemeenschap inclusief schooltjes, entertainment maar ook ontspanning (sport)mogelijkheden en werden er o.a. (Japanse) tuinen aangelegd waarvan je er nu nog een aantal kan zien.  

 

Veel is er niet meer te zien van het oorspronkelijke kamp; in het voormalige hogeschool is een zeer interessante expositie te zien waaronder een 20 minuten durende documentaire over de zware tijd tijdens de oorlog. Nadien kun je een 5 km circuit rijden langs een aantal overblijfselen/ bezienswaardigheden van het voormalige kamp en/of deze (deels) wandelend ontdekken om een beeld te krijgen van deze somber-aandoende winderig platform met een prachtig bergpanorama.

 

Er zijn een aantal barakken nagebouwd met exposities, je kunt het indrukwekkende begraafplaats bezoeken alsmede het monument. 


Mono meer: 

Ten oosten van het stadje “Lee Vining” ligt het zoutmeer “Mono”, het twee-na-oudste meer van Noord-Amerika. Omdat het 700.000 jaar oude meer geen afwatering heeft is het water verzilt. Het zoutgehalte van het water in het meer is met 7,5% ruim tweemaal zo hoog als zeewater.

 

Nadat het waterpeil van Mono Lake drastisch was gedaald door het omleiden van de toevoerbeken (naar o.a. LA) kwamen er in delen van het meer zoutpilaren (tufa’s) tevoorschijn.

 

De meest fotogenieke plaats van het meer om dit verschijnsel te zien is aan de zuidzijde; “south-tufa” is een plek, goed bereikbaar met de auto (er is een groot parkeerterrein) en een kleine wandeling waar een groot aantal zoutpilaren te bewonderen zijn. Hier vlakbij is “Navy beach”, nu een leuk strandje; het is het enige overblijfsel van de tijd van de “koude” oorlog toen het Amerikaanse leger hier een oefenstation had.

 

Er werden hier geheime seismische tests gedaan. Door de watertoevoer naar Los Angeles zou het water zo’n 14 meter zakken; sinds de jaren 90 stijgt het water weer. Het is nu weer zo’n 2 meter gestegen. Het meer is een zeer productief ecosysteem, en van grote betekenis voor talloze vogelsoorten die in de omgeving leven. Een van de foto's voor de illustraties van het Pink Floyd-album “Wish You Were Here” is hier genomen en ook schrijver Mark Twain schreef erover – hij had het over de Amerikaanse “dode zee”.

 

Tenslotte kun je aan de zuidzijde van het meer de “Panum” krater bezoeken – een aantal kegels van een rijtje vulkanen. 


Bodie historical park: 

Vandaag de dag is Bodie het meest authentieke spookstadje in het Wilde Westen, ook al verwoestte een brand een groot deel van Bodie in 1932. Nu is het bekend als Bodie State Park en trekt duizenden toeristen aan.

 

Het zeer indrukwekkende stadje ligt prachtig gelegen ind e bergen en bezoekers kunnen er in de straten wandelen van een dorp dat ooit meer dan 10.000 inwoners had. Enkel een klein deel van het dorp bleef over, maar de interieurs van de huizen werden intact gehouden.

 

Van de 200 overgebleven gebouwen is de gevangenis, school, een kerk, een bank en de oude fabriek het meest indrukwekkend. Er is een bezoekerscentrum en je kunt een tour nemen door het oude mijnstadje. Entree is 8 dollar per persoon. Bodie is het hele jaar geopend maar de beste tijd om deze plaats te bezoeken is tijdens de zomermaanden; ’s winters kan de weg erheen gesloten zijn vanwege de sneeuw en/of kan het hier erg koud worden.

 

Bodie ligt op 13 mile ten oosten van Highway 395 – de laatste 3 mile zijn ongeplaveid wegdek. 



geschiedenis


Het dal van de “Owens” rivier werd oorspronkelijk bewoond door Paiute-indianen. Er zijn aanwijzingen van bewoning rond het jaar 500. Vanaf 1850 kwamen de eerste blanken naar het dal en ontstonden er kleine boerderijen volgens de Homestead Act. Ook werd de bodem onderzocht op de aanwezigheid van erts.

 

Na conflicten werden de aanwezige Paiute gedwongen te verhuizen naar een 200 km zuidelijker gelegen reservaat bij Fort Tejon. De plaats van het latere kamp werd een koeienranch, waarop uiteindelijk ook enkele teruggekeerde Paiute werk vonden. In 1910 werd de ranch opgegeven en ontstond er een kleine gemeenschap die de naam Manzanar (Spaans voor appel-plantage) kreeg.

 

Er werd ook daadwerkelijk een begin gemaakt met de teelt van groente en fruit. In 1905 was de stad Los Angeles begonnen met het opkopen van de rechten op oppervlaktewater in de hele regio.

 

De water-oorlogen

In 1913 werd het Los Angeles Aqueduct aangelegd, waardoor een groot gedeelte van het water van de Owens River naar Los Angeles verdween. dit was aanleiding voor de zogenaamde California Water Wars. Los Angeles kwam als winnaar uit de strijd en uiteindelijk viel de Owens River droog.  

 

Op 19 februari 1942 ondertekende president Franklin D. Roosevelt Executive Order 9066, die het Secretary of War toeliet om militaire commandanten aan te wijzen voor het bepalen van militaire gebieden waar er geen mensen mochten wonen. Deze order liet ook toe om 'relocation centers' te bouwen, om de mensen die uit militaire gebieden gezet werden in te huisvesten.

 

De order leidde tot de verhuizing van 120.000 Japanse Amerikanen, twee derde ervan waren autochtone Amerikaanse burgers. De anderen konden geen burger worden door de federale wet.

 

 

De interneringskampen

Meer dan 110.000 ervan werden gevangengenomen in een van de tien interneringskampen, gelegen landinwaarts en ver weg van de kust. “Manzanar” was het eerste kamp wat gebouwd werd. Oorspronkelijk was het de bedoeling de geïnterneerden in onder andere een textielfabriek te werk te stellen. Na protesten over oneerlijke concurrentie werd besloten in de textielfabriek alleen nog camouflagenetten voor het leger te produceren.

 

Ook werden de kampbewoners ingezet in de landbouw, vooral ten behoeve van de eigen bevoorrading van het kamp. Het voedselaanbod in het kamp was vergelijkbaar met dat van de overige bevolking. Overal werd gerantsoeneerd en het was ook niet zo vreemd dat er op een gegeven moment een opstand uitbrak die resulteerde in een aantal doden en gewonden. 

 

Tientallen jaren na de overwinning tijdens WW2 kwamen de verontschuldigen jegens de Japanners in de kampen. In 1992 werd de plek aangewezen als officieel monument terwijl het jaren onder de pet was gehouden. Pas in 2004 werd er een bezoekerscentrum ingericht waar dit zware stukje Amerikaanse geschiedenis werd belicht. 



Bodie:

Toen de eerste goudzoekers zich hier in de jaren 1850 op deze eenzame plek vestigden moesten ze het hout voor de huizen en voor het stutten van de mijngangen laten aanvoeren van de enige zaagmolen in het 35 km verderop gelegen “Bridgeport. 

 

 

Een paar jaar later vond Mr Bodey wederom een nieuwe ader en het stadje kreeg z’n naam. In 1881 lieten de mijnbouwbedrijven een smalspoorlijn aanleggen om de bevoorrading te waarborgen.

 

Nadat Mormonen in 1857 de grond hadden opengereten op zoek naar goud, ontdekte men twee jaar later zulke rijke aders dat tussen 1863 en 1870 snel de eerste grote mijnbouwconcerns zich in Bodie vestigden. Pas in de jaren 1870 groeide Bodie uit tot de nieuwe mijnbouwsterren van het Wilde Westen. In een enkele maand haalde de Bodie Company goud en zilver ter waarden van 600.000 dollar boven de grond.

 

Natuurlijk profiteerde ook het stadje mee van deze “boom” en het telde spoedig 2000 gebouwen, 65 dag- en nacht geopende saloons en een 10.000 koppige bevolking van goudzoekers, gokkers, avonturiers, prostituees, speculanten en woekeraars. Dat de leefomstandigheden erbarmelijk waren, had onder meer te maken met het genadeloze klimaat met z’n ijskoude winters.

 

Aan hygiëne en medische verzorging werd niet gedaan, de woningen waren in het beste geval provisorisch en de kosten van het levensonderhoud exorbitant hoog, omdat al het noodzakelijke van ver moest komen. Er ging geen week voorbij zonder een moord of een roofoverval. In 1879 werden in een week tijd zes mannen omgebracht. 

 

Living on the prairie

Al in de jaren 1880 werd de reputatie van Bodie in dezelfde mate slechter als die waarin de opbrengst van de mijnen verminderde. Niettemin schreef het goud- en zilverplaatsje in 1892 nogmaals geschiedenis.

 

Als eerste fabriekscomplex van de VS liet de Standard Company zich via een hoogspanningskabel van stroom voorzien, die werd geproduceerd door de 20 km verderop gelegen waterkrachtcentrale van Green Creek. Bodie had zijn eigen Chinatown waar op een gegeven moment honderden Chinezen verbleven.

 

Het had zelfs een eigen tempel. De Chinezen die er verbleven verdienden hun geld vooral door het verkopen van groenten, het openhouden van wasserijen en het kappen en verkopen van hout. Doordat de temperaturen in Bodie vaak onder de 0°C kwamen en de winden tegen 100 mijl per uur bliezen was er zeer veel hout nodig om de huizen warm te houden.

 

In de jaren 1930 woonden er nog ruim honderd mensen in Bodie. Het verhaal gaat dat een klein jongetje die straf had gekregen een matras in de fik stak en zo het grootste deel van de stad in vuur en vlam zette. De mijnbouwactiviteiten eindigen in de jaren 1950. In 1962 nam de staat Californie het toezicht over en kregen de overblijfselen als “State Park” bescherming tegen souvenirjagers en vandalen die tot dan vrij spel hadden gehad.

 

In tegenstelling tot andere voormalige goudzoekersstadjes werd Bodie echter niet gerestaureerd maar in de bestaande toestand gelaten. 



tips & advies (2018)


Highway 395 loopt parallel aan grote delen van de grens van Nevada met California aan de oostzijde van de “Sierra” mountains.

 

Voor zover ik weet rijd hier geen openbaar vervoer en zul je dit met eigen vervoer moeten rijden. Indien je uit “Death Valley” komt kom je vervolgens de stadjes “Lone Pine”, “Independence” (“7,5 km ten noorden van “Manzanar”), “Big Pine”, “Bishop” (camping) en “Lee Vining” (“Mono Lake”, “Bodie” en afslag naar “Yosemite NP” = Tioga pas) tegen. 

 

LET OP: de “Tioga” pas – de ruim 3000 meter hoge pas die vanaf Highway 395 te bereiken is vanaf “Lee Vining” – highway 120 op richting Yosemite NP is heel vaak gesloten vanwege sneeuwval en slechte weersomstandigheden. Dit kan duren tot in Juli. Indien deze dicht is moet je vanaf de oostzijde helemaal omrijden. Check dit dus vantevoren. 



  • Naam            : “Independence Creek” campground (Independence)

Adres            : Union Valley Road

Prijs               : 14 dollar

 

Inhoud:

Komend van het zuiden (highway 395) kun je midden in het kleine stadje “Independence” linksaf de “Union Valley” road op richting de hoge bergen. Hier zitten ongeveer 3 relatief “primitieve” campings geschikt voor zowel tenten als campers. Bij de eerste die je tegenkomt (rechterkant van de weg) kun je aan weerszijden van een klein beekje staan met wat bomen en struiken.

 

Er is een wc-hokje en er is een waterkraantje bij elk plaatsje. Ook is er een picknicktafeltje en een vuurpit. Het is hier vooral druk met backpackers (hikers) en bikers die ’s morgens vroeg de heuvels infietsen richting “Yosemite” NP. Er is geen kamphost en geld doe je in een enveloppe. 

 

 

  • Naam             : “Brown’s Town” camping (Bishop) 

Adres             : Hwy 395/ 20 Schober Lane

Prijs                : 32 dollar (semi-hookup)

Tel.nr.             : 760 873 8522

Website          : www.brownscampground.com

 

Inhoud:

De eigenaar van deze camping heeft 2 campings in Bishop met nagenoeg dezelfde naam. Bij deze zit aan de voorkant een museum met antieke spullen met ouderwetse (houten) huisjes. Er is een winkeltje, een receptie en je kunt hier wat snacks etc. halen. Helaas moet je wel voor de douches muntjes halen t.w.v. 2 dollar per stuk voor 7 minuten douchen.

 

De camping is prachtig met vooral in het midden hoge bomen met plekken die d.m.v. bielzen gescheiden zijn. De voorste RV plekken (aan de golf-court-kant) hebben TV – de andere daarachter hebben iets meer plek. WIFI is er niet en ook de dames van de receptie hadden iets vrolijker mogen zijn.

 

De plekken zijn prima met minstens een picknicktafel en een vuurput. 

 

 

  • Naam             : “South Tufa” wild camping (Lee Vining)

Adres             : Highway 120

 

Inhoud:

D.m.v. het informatiecentrum in “Lee Vining” (info over o.a. Yosemite NP, Tioga Pas en “Bodie”) kregen wij te horen dat er in delen rond “Lee Vining” -wild- gekampeerd mag worden.

 

Een van de mooiste plekjes bevinden zich aan de Highway 120 vanaf Lee Vining richting Benton op zo’n 4 miles na de afslag van “South Tufa”. Je kunt hier met je camper een stukje het bos inrijden over een onverharde weg en je camper voor de nacht neerzetten onder de bomen.


Het hele gebied is meerdere keren uitgekozen om als achtergronddecor te dienen bij films en series; vlakbij “Lone Pine” is o.a. “Lone Ranger” (deels) opgenomen maar ook “Django Unchained”. 

 

Jeanne Wakatsuki Houston schreef in 1972 het boek Farewell to Manzanar. Het handelt over haar eigen belevenissen in het kamp Manzanar. Dit boek behoort tegenwoordig tot de verplichte stof op veel Amerikaanse scholen. In 1976 werd het onder dezelfde titel verfilmd en als televisieproductie uitgebracht.

 

De film werd voor twee Emmy Awards genomineerd. Een andere invalshoek geeft “Hank Umemoto” die zich als jongen tijdens internering voorhield ooit de top van de nabijgelegen “Mount Whitney” te beklimmen bij vrijlating. Hij deed dat op 71-jarige leeftijd, een symbool voor de overwinning op hemzelf en z’n generatie.

 

“Manzanar to Mount Whitney” geeft inzage in de leefomstandigheden en denkwereld van “Issei” en “Nisei”, eerste- en tweedegeneratie Japanners. 



film


"Once Upon a Time in the West" - (1968; 8,7)

Brett McBain is een welkomstfeest aan het organiseren voor Jill. Wanneer hij en zijn drie kinderen neergeschoten worden door 'desperados', erft Jill de grond van haar man.

 

Er is echter een spoorwegbouwer die een spoorbaan aan het aanleggen is dwars door het land dat Jill geërfd heeft. Maar dan komt er uit een onverwachte hoek een redder in nood.



zie ook:




meer links:


Kyoto

JAPAN

De Japanse stad Kyoto is een van de weinige grotere steden in Japan die niet vernietigd zijn tijdens WW2. 

Madjanek concentratiekamp

POLEN

Kamp Madjanek werd gebouwd door de nazi's in het Generaal Gouvernement vlakbij Lublin.