Slag om de Dukla pas

Achtergrondinformatie - Slowakije



inleiding


In de herfst van 1944 drukte het Rode Leger van de Sovjet Unie de Duitsers verder terug naar hun moederland. Stalin had z’n leger de opdracht gegeven over een breed front Europa te “bevrijden” van de nazi’s.

 

De Duitse “midden” groep was na het zomeroffensief van de Russen nagenoeg vernietigd en zij waren al ver in Polen opgerukt. In Augustus van dat jaar verzocht de in ballingschap verkerende regering van Tsjecho-Slowakije de Russen om in Slowakije in te grijpen.

 

Een nationale opstand was daar uitgebroken en diende ondersteund te worden door het Rode Leger. Tegen de Russische strategie in (een horizontale verovering van oost naar west) gaf Stalin bevel aan veldmaarschalk “Konev” om over de Dukla pas de Karpaten in te trekken en vanuit Polen Slowakije te “bevrijden”.

 

Deze slag zou bekend komen te staan als de slag om de Dukla-Pas en zou weken i.p.v. dagen gaan duren en vele slachtoffers eisen aan beide zijden. 


het plan


De Russen hadden met de Tsjecho-Slovaken beredeneerd dat de Duitsers bij de Dukla-Pas – een pas die de laagste doorgang verschaft over de Karpaten heen, die de grens vormen tussen Polen en Slowakije – van twee kanten aangevallen zou worden.

 

Het Oost-Slovaakse opgerichte leger zou het zuiden van de pas aanvallen vanuit Slowakije en uit het noorden zou een gecombineerd leger van Tsjecho-Slovaken en Russen bij de grens bij de stad Svidnik Slowakije binnentrekken.

 

Binnen vijf dagen zou het Rode Leger in de stad Presov moeten staan en vanuit daar zouden de Duitsers opgerold worden door een combinatie van leger met hulp van de opstandelingen die overal in Slowakije al belangrijke steunpunten hadden veroverd. 


>> In de Vallei van de Dood staan de tanks nog net zo ze t.t.v. de slag zijn verlaten. 



de slag


De operatie zou starten op 8 September en zou de weg vrij moeten maken voor een doorgangsroute van het gecombineerde leger van Tsjecho-Slovaken en Russen voor Wenen.

 

Drie dagen na het begin van de slag hadden de stad Krosno bevrijd maar een van de grootste slagen werd uitgevochten rond “heuvel 534” die zich even ten noordwesten van de stad Dukla bevind.

 

De Duitsers met hun Hongaarse bondgenoten hadden zich diep ingegraven en sterke verdedigingslinies opgetrokken. De heuvel zou in de 10 dagen zware gevechten tellen en wel 20 keer van partij wisselen. Slowakije ondertussen werd verder ingenomen door de nazi’s die het land eerder niet bezet hadden gehouden aangezien het een bondgenoot was.

 

Omdat het front dichterbij kwam en Hitler, zoals andere landen eerder hadden gedaan, een afzetting van dictator “Tiso” verwachtte greep hij in. Hij liet de Wehrmacht en SS-troepen het land intrekken om de belangrijkste plekken in bezit te krijgen waardoor de nationale Slowaakse opstand begon om dit te voorkomen.

 

De nazi’s begonnen direct met het fortificeren van de belangrijke pas en vormden de Karpatenvesting of de Arpad linie. Zware artillerie werd aangerukt en gemechaniseerde eenheden werden verzameld voor de komende slag. Door dit oponthoud verloren de rebellen grip op de zaak en zouden uiteindelijk de strijd moeten staken.

 

De stad Dukla werd pas op 21 September ingenomen. Het hele gebied (zo’n 20 kilometer) werd pas op 6 Oktober bevrijd van de nazi’s – het zou dus ongeveer een maand duren voordat Slowakije bereikt zou worden. 


>> Lees hier over de Eerste Slowaakse Republiek t.t.v. WW2. 


vallei van de dood


Na het dodelijke gevecht om de daadwerkelijke pas was de slag nog lang niet over. De strijd werd verplaatst en voortgezet in Oost-Slowakije daar waar de Russen en Tsjecho-Slovaken de grens waren overgegaan (iets ten zuiden van Svidnik en de pas).

 

Terwijl de Duitsers zich terugtrokken maakten ze Svidník overigens met de grond gelijk. Het Rode Leger probeerde de nazi’s te omsingelen en het ontaarde opnieuw in zeer zware gevechten. Een van die plekken zou later bekend komen te staan als de “Vallei van de Dood”.

 

Hier zouden de Russen en Duitsers op een slagveld tegenover komen te staan als in een miniatuur slag om “Koersk” – de grote tankslag in Rusland. Het gecombineerde leger van TjsechoSlowaken en Russen zouden de inmiddels totaal verwoeste stad Svikdnik pas op 28 Oktober bevrijden terwijl een nabijgelegen nazi bolwerk “heuvel 532” (“Obsar”) pas een maand later (25 November 1944) “ingenomen” zou worden. 

 

Het Geallieerde plan om de stad Presov in vijf dagen in te nemen zouden vier maanden in beslag nemen. De Duitse 254ste Infanteriebrigade trok zich terug via Presov, Levoca en Poprad. Ruim 46.000 Sovjet, Tsjechoslowaakse en Duitse soldaten sneuvelden; meer dan 93.000 Sovjet en Tsjechoslowaakse soldaten raakten gewond.

 

De slag zou een van de gruwelijkste veldslagen worden in het oosten en in de historie van Slowakije. 


>> Lees hier de gehele GESCHIEDENIS van Slowakije



gevolgen en oorzaken


De primaire doelen van de operatie werden bij lange na niet gehaald. De Slowaakse opstand was grotendeels neergeslagen toen de Russen uiteindelijk doorbraken. Wel werd de gehele bevrijding van wat nu de “Oekraïne” is tot stand gebracht en werden Duitse troepen onttrokken die nodig waren in Polen en Hongarije. 

 

Grootste oorzaken waren dat de Geallieerden de hulp die zij verwachtten van de rebellerende troepen van het Oost-Slowaakse Legerkorps niet op gang kwam. Op deze manier kon de “pas” niet van de zuidzijde worden aangevallen.

 

Ook de partizanenopstand werd snel onderdrukt door Duitse troepen waarna het Oost-Slowaakse leger werd ontbonden. Een andere oorzaak kan gezocht worden in het feit dat de Duitse tegenstand veel sterker en hardnekkiger was dan verwacht.

 

Er wordt door sommige beweerd dat de Russen expres de boel vertraagd hebben zoals tijdens de “opstand van Warchau” het geval was geweest. Zo zouden de nationalisten zeer verzwakt zijn als de Sovjet Unie het land zou gaan besturen in de toekomst. 


>> Je kunt nu de Dukla Pas bezoeken inclusief de indrukwekkende begraafplaats. 


nasleep


Een groot militair ereveld met de stoffelijke resten van ruim 9000 Sovjet soldaten bevindt zich in Svidník. In 1949 richtte de Tsjechoslowaakse regering een grootse gedenktoren op net ten zuidoosten van de grensovergang bij Dukla in Vyšný Komárnik, het eerste ingenomen grondgebied na de doorbraak langs de bergpas.

 

Daar zijn de graven van vele honderden Tsjechoslowaakse officieren en andere aangewezen helden. Verderop langs de weg, in Hunkovce, bevindt zich een kleinere Duitse begraafplaats met de graven van 2648 Duitse soldaten.

 

De rest van het gebied staat vol met monumenten en musea (zie onder). 



zie ook: