Wroclaw

Bezienswaardigheden - Polen




inleiding


Wroclaw is momenteel de vierde stad van Polen en is gelegen aan de rivier de Oder in de regio van Neder-Silezië. Strategisch gelegen langs verschillende handelsroutes werd de stad al snel belangrijk en opgenomen als Hanze stad. Doordat het zo centraal ligt kun je hier verschillende stijlen herkennen – er zijn Boheemse, Oostenrijkse en Pruisische invloeden en de stad is een must voor architectuur liefhebbers.

 

Voor het einde van WWII was Wroclaw het Duitse Breslau en zou in die oorlog uitgroeien tot een vesting die niet eerder dan 8 Mei 1945 veroverd zou worden door de Russen. Na de conferentie van Potsdam werd besloten om de westgrens zo te verschuiven zodat de stad in Polen terecht zou komen. Een volksverhuizing was het resultaat.

 

Tegenwoordig is een groot gedeelte van de historische stad in z’n oude glorie herbouwt en gerestaureerd, daar zo’n 80% in de oorlog verwoest werd. Zo’n 50 km ten zuiden van de stad ligt het indrukwekkende concentratiekamp Gross RoBen – een must voor WWII geïnteresseerden.


highlights


Sinds de Tweede Wereldoorlog is 70 procent van de historische gebouwen in Wrocław, die verwoest waren weer gerestaureerd of opnieuw opgebouwd. Al bracht het nieuwe Poolse bestuur voor enkele historische gebouwen die te veel met de Pruisische geschiedenis van de stad verbonden werden geacht, ook de afbraak.

Binnenstad:

De grootste bezienswaardigheid in Wroclaw is het marktplein en omgeving (Rynek); het plein is Polen’s tweede grootste (na Krakow) en een echt juweeltje.

 

Het op het plein centraal gelegen Ratusz, is het prachtige 13e eeuwse Gotische raadhuis wat een blok in beslag neemt. Het duurde ongeveer 2 eeuwen om het zeer fraaie bouwwerk te vervaardigen en het resultaat is daar.  

 

Rond het stadhuisplein staan eveneens prachtige huizen – in 1240 begon de bouw van de houten patriciërshuisjes die later allen zijn vervangen door stenen exemplaren. Vele huizen waren zwaar beschadigd na de slag om de stad in WWII maar zijn allen gerestaureerd. Verschillend in stijl en kleur is het plein en aangrenzende bebouwing echt een “must see”.

 

Voor de rest is de stad gezegend met menig fraaie kerk en is een wandeling in de historische stad een heuse zoektocht naar “Art Nouveau” en “Gotische” architectuur. Tenslotte is er het Kathedralen eiland of eigenlijk zijn het meerder eilandjes – een aantal eilandjes ten noorden van het centrum waar menig kathedraal en kerk op te vinden is tussen delen van de rivier van de Oder door.

 

Op sommige staan overigens nieuwe appartementencomplexen, weer een ander is ingericht als stadspark (met uitzicht op de oude binnenstad).  De gehele binnenstad is overigens omringd door water (als een soort van singel) en is een echte burchtstad.



Concentratiekamp Gross RoBen 

Albert Speer zou z’n nieuwe concentratiekamp uitzoeken vlakbij de steengroeve in Neder-Silezië. Het graniet zou gebruikt worden voor de bouw van de nieuwe hoofdstad van het Groot Duitse Rijk "Germania". Op 2 Augustus werd zo’n anderhalf uur bussen ten zuidwesten van het toen nog Duitse Breslau het kamp GroB RoBen geopend, toen nog subkamp van Sachenhausen. 

 

Werden de eerste twee jaren voornamelijk Joden gestationeerd in het kamp, in 1942 werd het een “nacht-und-nebel” kamp. Het kamp wordt weleens het meest wrede kamp van allemaal genoemd vanwege de kleine kans op overleven.

 

Politieke gevangenen (ook uit Nederland) werden hier naartoe gestuurd zonder dat iemand wist dat ze hier waren. De Duitse strategie veranderde gaandeweg in de oorlog. In het begin was het om zoveel en zo snel mogelijk “tegenstanders” te vernietigen.

 

Nieuwe gevangenen werd verteld dat ze zo’n 90 dagen in leven zouden blijven in GroB Rosen – vaak werden dit er niet meer dan een paar weken vanwege het zware werk dat hier verricht moest worden.

 

Andere strategie

Toen de oorlog langer ging duren dan de Duitsers hadden verwacht en gehoopt moesten de gevangenen langer in leven worden gehouden aangezien deze nodig werden geacht voor de oorlogsindustrie. Degenen die te zwak waren om te werken, maar nog te lang in leven dreigden te blijven, werden met zogenaamde Invalidentransporten naar Dachau afgevoerd, waar de totaal uitgemergelde (40 kg) zowel bij gevangenen als SS-bewaking grote verbijstering wekten.

 

Door deze transporten hebben enkele Nederlanders deze periode in dit kamp overleefd. Aan het eind van de oorlog kwamen er gevangenen uit andere geëvacueerde kampen, zoals Joden uit Auschwitz, in Groß-Rosen. Ondanks het korte verblijf was dit voor velen de meest dramatische periode van hun gevangenschap. 

 

De steengroeve was het zwaarste om te werken – vaak leefde de “slaaf” niet langer dan 5 weken. Overigens werd in de groeve samengewerkt met Duitse burgers. Die burgers konden met eigen ogen de dagelijkse doden ten gevolge van knuppelpartijen en de zeer snelle lichamelijke aftakeling ten gevolge van het hongerdieet waarnemen.

 

Het einde nadert

In de tweede helft van 1944 verschenen in het kamp werkplaatsen voor het bedrijf "Siemens und Halske" uit Berlijn. Het kantoor en magazijn van dit bedrijf was in het SS-gedeelte van het kamp. Voor Siemens werkten vlak voor de evacuatie van het kamp 425 gevangenen en zestien burgers. In de werkplaats voor "Blaupunkt" werden condensatoren gewikkeld en gesoldeerd.

 

De arbeiders kregen daarvoor een opleiding van twee weken. Er werkten 30 tot 200 personen. Tenslotte werkten in de weverij de mensen in twee ploegen van elk twaalf uur. Verzwakte gevangenen werden hier te werk gesteld. Het kamp bestond op den duur in feite uit zo'n zestig subkampen, verspreid over Neder-Silezië in toenmalig oostelijk Duitsland en het nabijgelegen Sudetenland.

 

In totaal werden bijna 125.000 mensen in Groß-Rosen gevangen gehouden. Door de zware lichamelijke arbeid in de steengroeve en de slechte behandeling qua voeding en gezondheidszorg stierven 40.000 van hen, voor het Rode Leger het concentratiekamp op 14 februari 1945 bevrijdde.


Artikel Gross-Rosen in Maart 2023 geplaatst: 



geschiedenis - wroclaw


Wrocław ligt centraal als verkeersknooppunt en bovendien in een vruchtbare landbouwstreek in Neder-Silezie en werd niet geheel verwonderlijk als sinds de steentijd bewoond. De eerste Germaanse stammen werden in de 6e eeuw vanuit het oosten opgevolgd door West-Slavische volken.

 

Toen al moeten de eerste bouwwerken op Kathedraleneiland zijn gebouwd. Om de belangrijke handelsnederzetting te beschermen en te controleren werd rond het jaar 800 een burcht aangelegd. Om de Poolse koningen op afstand te kunnen houden, verbonden de hertogen van Silezië zich opnieuw met de koningen van Bohemen en Moravië (het hedendaagse Tsjechië). 

 

De nederzetting bij de burcht kreeg een wal als bevestiging en daarbinnen ontstonden tal van kerken. Joden uit het oosten en westen, Duitsers, Denen, Vlamingen en Walen uit het westen vormden er bijzondere wijkgemeenten. Begin 13e eeuw verleenden de hertogen en de burchtheer privileges aan handelaren en handwerkers uit het Heilige Roomse Rijk om zich onder hun eigen recht in de stad te vestigen, waardoor de stad een Duits karakter kreeg.

 

In 1241 werd de enkele duizenden inwoners tellende stad in de Mongoleninval afgebrand en uitgemoord.

 

Flinke groei in bevolking en nijverheid

Daarna werd de wederopbouw in handen gegeven van kolonisten uit het Duitse Rijk die de stad verzelfstandigden met eigen stadsrechten (1262). De monopolies op handel en productie tot in de wijde omgeving gaven een grondslag aan de economie van de stad.

 

De bevolking vertienvoudigde in een eeuw. In deze tijd zouden de Silezische hertogen zich gaandeweg losmaken van de Poolse koningen en in 1326 die van Bohemen als leenheer aannemen. Omdat Bohemen tot het Duitse Rijk behoorde, kwam Silezië zodoende ook in het Duitse Rijk terecht. 

 

In de loop van de 15e eeuw verzwakte de zelfstandigheid van Bohemen en kwam het Boheemse koningschap in 1526 in handen van de Habsburgse dynastie. In 1633 zou de stad veel van zijn macht verliezen door plundering in de uitgebroken "Dertigjarige Oorlog". De helft van de bevolking stierf aan de pest en de stad, met het omringende land, zakte weg in een lange periode van stagnatie, wat overigens een opbloei van (Duitstalige) literatuur en kunst niet in de weg stond.

 

Frederik de Grote

In 1741 veroverde "Frederik de Grote" van Pruisen Silezië, een bevrijding voor de lutherse meerderheid en geen al te grote nederlaag voor de katholieken, die in het bezit bleven van de kerken, die de Habsburgers eerder aan de protestanten ontnomen hadden.

 

De hele 18e eeuw bleef Silezië oorlogstoneel tussen Pruisen en Oostenrijk, en opnieuw zou het dat worden toen "Napoleon" zijn uitvalsbases tegenover Rusland en Oostenrijk juist in dit strategische doorgangsgebied legde. Omdat Polen door de ‘delingen’ dan grotendeels onder Rusland is gevallen, waar het Poolse nationale bewustzijn werd onderdrukt, zou zich in Breslau een uitwijkplaats gaan ontwikkelen voor Poolse nationale ballingen.

 

Na twee eeuwen stagnatie, althans zeer langzame groei, zou Breslau zich in de 19e eeuw stormachtig ontwikkelen als industriestad en dat bracht de bevolking - de derde in grootte van het Duitse Rijk - van honderdduizend op een half miljoen.  

 

Hoofdstad van Neder-Silezie

Tot medio 1945 behoorde Breslau tot Duitsland en was het de hoofdstad van de provincie Neder-Silezië met zo’n 650.000 inwoners. Tot de slag om de stad was de stad nagenoeg onbeschadigd door de oorlog gekomen daar de Geallieerde bommenwerpers de stad niet konden bereiken. Daardoor waren vele regeringszetels naar Breslau gekomen. De nazi’s besloten de belangrijke industriestad als vesting om te dopen en er werden in de maanden voor de slag grote verdedigingswerken rond de stad door veelal dwangarbeiders uit de grond gestampt.

 

Toen de stad omsingeld was door de Russen werd het maandenlang met artillerie beschoten en werd op beval van Gauleiter “Hanke” een groot gedeelte van de oude stad platgewalst om als landingsbaan te fungeren. Na de vlucht van de nazi-top greep de bevolking de kans om aan Sovjet-wraak te ontkomen door naar het nabije "Reuzengebergte" (Karkonosze) te vluchten. Drie kwart zocht daar een schuilplaats en velen kwamen weer terug toen de Sovjetbezetting van Silezië een feit was.

 

In de zomer van 1945 bleken er nog driehonderdduizend bewoners, de helft van het oorspronkelijke aantal, in de stad te zijn. Direct aan het einde van de oorlog onderging de stad een grote metamorfose – het nazistische Breslau veranderde in het communistische Wroclaw waarbij de eerste doelstelling was om de nieuwe bewoners uit de door Rusland geannexeerde gebieden (vooral uit Lvov) op te vangen en de overige Duitsers weg te jagen.

 

Deportatie

Alles wat Duits was werd neergehaald en ver-Poolst. Of de verkrachtingen van Duitse meisjes en vrouwen niet genoeg waren, werd ook de voedselvoorziening aan de Duitsers stopgezet om emigratie te bevorderen. De deportaties van Breslau’s Duitse ingezetenen vonden plaats tot circa 1947, waarbij de Duitse functionarissen van de nutsbedrijven en het openbaar vervoer, en de specialisten in de industrie voorlopig nog van uitwijzing werden gevrijwaard om de stad zo goed mogelijk draaiende te kunnen houden (om de bovenarm moesten zij een witte band met zwart merkteken N dragen om herkenbaar te zijn als Duitser).

 

Tachtig procent van haar bouwsubstantie ging aan het eind van de oorlog verloren of werd zwaar beschadigd, en in de eerste jaren na de oorlog zou het verval doorgaan.

 

Tegenwoordige tijd

Pas in de jaren vijftig werd een omvangrijk restauratieprogramma ter hand genomen, toen definitief vaststond dat Breslau de Poolse stad Wrocław zou worden. Een halve eeuw na de oorlog woonden er weer evenveel mensen als in de vooroorlogse tijd. Zij hebben de oude stad deels herbouwd, nadat deze jarenlang in puin had gelegen en zelfs verder was gesloopt om stenen te verkrijgen voor de wederopbouw van Warchau.


>> Lees hier de gehele GESCHIEDENIS van Polen



wroclaw - tips & advies (2014)


Er zijn twee treinstations – het Nadodrze station ligt zo’n een kilometer ten noorden van het centrum maar je zult als reiziger veelal de andere (Glowny) gebruiken. Deze ligt ongeveer een kilometer ten zuiden van het centrum. Het (internationale) busstation ligt zo’n 100 meter ten zuiden van het eerder genoemde “Glowny” treinstation.

 

Wroclaw – Rogoznica (GroB Rosen concentratiekamp): eerst zul je een bus nemen naar het stadje Strezegom – deze rit duurt zo’n 50 minuten en kost tussen de 8 en 13,50 Zlt. Daar kun je overstappen op een minibus die rijdt naar Rogoznica – deze rit kost 4 Zlt en duurt ongeveer 20 minuten. Daarvandaan moet je nog 2 kilometer naar het kamp lopen (er staat een bord).

 

Wroclaw – Praag (TSJECHIE): het goedkoopste kun je momenteel reizen met de busmaatschappij www.polskibus.com – deze gaan minstens 3x op een dag naar Praag. De rit duurt zo’n 4 tot 5 uur en je betaalt ongeveer 75 Zlt (nog geen 20 euro). Op perron 3 staat het huisje van de internationale busmaatschappij maar je kunt beter (zodat je de reserveringskosten niet betaald = 7 euro) via internet kaarten kopen.


  • Naam : Museum Gross RoBen

Adres : Rogoznica (2 km ervandaan)

Prijs : gratis (alleen voor de film betaal je 3 Zlt)

Website : www.gross-rosen.pl

 

Inhoud:

Een van de meest vreselijke concentratiekampen in nazi Duitsland was hoogstwaarschijnlijk het “Nacht und Neben” kamp “Gross RoBen” zo’n 50 km ten zuidenwesten van het huidige Wroclaw in Neder Silezie. Het kamp werd gebouwd als subkamp van “Sachsenhausen” ten noorden van Berlijn maar werd een jaar later een onafhankelijk kamp.

 

Het werd telkens uitgebreid maar was opgezet als werkkamp bij de nog steeds aanwezige steengroeven in het gebied. Het kamp had geen gaskamers, wel een klein crematorium maar dat was ook niet nodig – de meeste arbeiders (zo’n 50% waren Joden) bleven toch al niet lang in leven – het leven in de steengroeven eiste z’n tol naast de ontberingen van het kampleven onder nazi bewind. Vandaag de dag kun je de kantineruimte waar de bewaking vertoefde zien (hier wordt de 30 minuten film laten zien naast een expositie over het kamp) en de indrukwekkende toegangspoort.

 

Er staat een nagecontrueerde barak overeind, een wachttoren en je kunt nog een indruk krijgen van de badruimtes, de keuken en door de betonnen funderingen en prikkeldraad hek het eigenlijke kamp. Het meest indrukwekkende vond ik de eigenlijke steengroeve die tegenwoordig gevuld is met water en even verderop ligt.



Als je even rustig wilt werken en buiten het hostel kun je bij het theater – naast het hostel plaatsnemen. Je hebt hier gratis WIFI en je kunt bijvoorbeeld een bord vol ‘quesadilla’s” bestellen voor 6 Zlt en een kop koffie voor 5 Zlt.


  • Naam : Bemma hostel

Adres : Kazimierza Wlk 15

Prijs : 30 Zlt (slaapzaal voor 8 personen)

Tel.nr. : 0048 531 598

Website : www.hostelbemma.pl

 

Inhoud:

Dit hostel ligt op de centrumring op zeer kleine loopafstand van het eigenlijke historische centrum. Het is gelegen op de 3e verdieping van een schitterend pand en bevat meerdere soorten kamers met natuurlijk verschillende prijsklassen. Het is schoon, de douches zijn superheet, gratis WIFI en er is een grote gezamenlijke keuken waar je je spullen in de vriezer of ijskast (vegetarisch of niet vegetarische) kunt stoppen.

 

Er is 24-uurs receptie, de mensen spreken Engels, zijn zeer behulpzaam en een prima plek om een paar nachten te blijven.



zie ook:





meer links:


Vilnius

LITOUWEN

De hoofdstad van Litouwen heeft een compact maar prachtig centrum en een rijk interessant verleden. 

Kaliningrad

RUSLAND

Fischdorf met z'n Jubilee brug is een van de kenmerkende symbolen van het voormalige (Duitse) Konigsberg.