Reisverhalen - Nicaragua

isla de ometepe



Op weg naar Isla de ometeppe


Vlak voor het hek en poort van de haven houden we stil, betalen de chauffeur en wandelen een betonnen pier op met een groot hek aan een zijde. We betalen een belasting van 10 C$ om door het poortje te mogen en zien door het hek een breed strand met daarop tientallen kleine strandtentjes met honderden mensen. Waarschijnlijk een feest vanwege de heilige week.

 

De wind blaast als een gek en we missen net de kleine boot die vol schijnt te zitten. We zien hem de trossen weggooien en hem het woelige water betreden. De golven beuken op het armoedige houten bootje en we horen hem kraken en zuchten. Mensen gillen aan boord als het water het nietige bootje oppakt en weer neer gooit.

 

Misschien toch een goed idee om met de duurdere maar ook grotere en dus ook zwaardere ferry te gaan. Voor de oprit voor deze boot staan een kleine 30 auto’s te wachten met een paar honderd mensen.

 

Wind en regen

Als we vragen hoe laat de ferry vertrekt (of aankomt) roepen de mensen in koor: 10:30. Kijkend op ons horloge is dat ongeveer een uur geleden en het is dus blijkbaar sarcastisch bedoeld.

 

Net als we onze namen op een opnamelijst willen zetten voor de ferry komt er weer een klein bootje aan en de ferry is nog helemaal niet in zicht. We besluiten toch maar het kleintje te nemen en vinden een plekje in het ruim achter een juten afscheiding. Dat houd in ieder geval de wind tegen. We zien de ferry aankomen die direct volstroomt. Net voordat ons bootje vertrekt komt er een tweede ferry aan en dan is het betaaltijd.

 

Onze tassen hebben we op een houten verhoginkje gelegd in het midden van de boot samen met wat andere tassen en koffers. Hopelijk blijft het daar droog.


Het vergane schip


Eindelijk gaan onze trossen los en zien we onszelf verwijderen van de kade – we vertrekken in ieder geval eerder dan de grote ferry’s wat straks een voordeel kan opleveren in bus en misschien wel in hostel. Maar als de boot gas geeft krijgen we een flinke klap water te verwerken waarbij ik zeiknat word en Nicole (die ik in de bus hiernaartoe ontmoet heb) die naast me zit ook. De tassen hebben iets meegekregen maar zijn nagenoeg droog gelukkig.

 

We draaien nu tegen de golven in en het is soms angstaanjagend hoe hoog we de golven op worden gestuwd. Wat een kracht dat water, en dat op een meer waarvan we het eiland (Isla de Ometepe) al zien liggen. Zo’n grote waterstoot als bij de draai krijgen we niet meer, af en toe horen we nog een vlaag water tegen het jute aankomen waarbij mijn broek wat nat wordt en het water komt de boot naast mijn schoenen binnen maar spoelt direct door naar achteren – een kwestie van je voeten even optillen en wachten. 

 

Concepcion

Onderweg pakken we af en toe een stukje juten weg om te kijken hoe het uitzicht eruitziet – iets wat steeds beter wordt. We zien vulkaan Concepcion, een van de meest symmetrische vulkanen in Latijns Amerika maar ook een van de actiefste en gevaarlijkste. Het lijkt wel of deze een witte cowboyhoed op heeft wat in feite een witte wolk is die constant boven zijn krater hangt.

 

Als we dingen kunnen onderscheiden van het eiland, neemt de wind af en daarmee de golven en woeligheid ook en wordt het juten zeil weggehaald zodat we een prachtig beeld van nu ook de tweede vulkaan van het eiland die een stuk minder indrukwekkend is (Maderas). Na ruim een uur komen we aan in het kleine haventje van Moyogalpa waar we besluiten direct de bus te nemen naar “Altragracia” wetende dat we vandaag elke mogelijkheid qua transport moeten pakken die er is.  



de finca optie


We rijden over Playa Santa Domingo, een asgrijs strand waar de wind vrij spel heeft en wat barretjes en cafés zijn zonder overvloedig te worden. Balgue is een langgerekte gemeenschap met af en toe een cafeetje, winkel en wat huizen maar ik kan nu niet bedenken waarom iedereen (vooral de lokalen) nu zo lyrisch zijn over deze plek.

 

Samen met een vrouw die hier een restaurant heeft stappen we uit en we volgen. Het grindpad gaat steeds steiler omhoog en veranderd in steen – we lopen door een plantage en langs wat dorre bomen en struiken tot we eindelijk na 1,5 kilometer zwoegen wat gebouwtjes zien.

 

We zijn aangekomen op de finca. Een groot houten vlonder waar tafels en stoelen opstaan en mensen zitten te eten en drinken en we melden ons bij de receptie met de vraag of er nog slaapplekken zijn. Die zijn er – wat willen we?

 

We kijken naar opties voor slaapzaal en afzonderlijke slaapruimtes en kiezen voor de eerste. Het slapen in een tent op een houten vlonder naast het restaurant of in een hangmat daar lijkt ons geen geschikte optie. In onze slaapzaal staan maar drie bedden en ik denk niet dat daar nog iemand bijkomt vandaag.

 

De tijd die ons nog rest vandaag besteden we aan op het terras hangen en wat lezen.


pick-up


De finca is prachtig maar we missen allebei een “homy” gevoel en besluiten na ons ontbijt uit te checken. Het is wederom zweten als we via het gravelpad terug naar de weg lopen.

 

Op het asfalt loopt het beter en we steken onze duimen een aantal malen op voor een lift maar zijn (nog) niet gelukkig. Na een kleine rustpauze pakken we onze tassen weer op en beginnen de weg af te lopen die snel na de kruising veranderd in wederom een gravelpad en dan in een zeer vervelend rots pad waar zelfs motoren en 4WD’s het rustig aan moeten doen.

 

Op de achterklep

Na ongeveer een kilometer op het pad stopt een pick-up truck en maakt duidelijk dat we wel achterin kunnen springen. Het blijkt een groepje jongeren uit Managua te zijn en ze zijn hier op vakantie en gaan richting Merida. Onze grote tassen belanden op de grond en ik ga zitten op de achterklep. Ondanks het feit dat de auto zeer rustig rijd moet je jezelf zeer goed vasthouden en opletten.

 

Het is nog ongeveer een kilometer of vijf bungelen in de achterbak als we eindelijk in Merida aankomen. Ik ben blij om uit te stappen maar ben nog blijer dat we mee konden en mochten rijden en niet zoals de dronkenlap van net aan zijn lot wordt overgelaten. We hebben het gehaald vandaag!



tips & advies (2013)


Moyogalpa - Altagracia: misschien een uurtje (17 C$). En dan bussen naar Balgue en/of Merida gaan veel infrequenter. De bus van Altagracia naar Balgue nam ongeveer een uur in beslag en kostte ook 17C$. De bus direct van Merida naar San Jose del Sur op de terugweg bedroeg 30 C$, terwijl de boot (ferry) 55 C$ was.

 

San Jorge – Rivas: was 25 C$ met de taxi (collectivo) en de bus van Rivas naar Penas de Blancas (grens met Costa Rica) bedroeg 20 R$.

 

TIP: vergeet niet dat je 1 USD (of in Cordoba = 25) belasting moet betalen en 2 USD (of in Cordoba = 50) uitgangsbelasting moet betalen als je Nicaragua verlaat.


  • Naam : Finca de Magdalena (Balgue)

Prijs : 100 C$ (slaapzaal)

Tel.nr. : 88802041

Email : www.fincamagdalena.com

 

Inhoud:

Je moet er wel even wat werk voor verrichten omdat deze finca zo’n 1,5 km van de weg afligt en alleen te bereiken is door een opgaand grindpad wat als het midden op de dag en heet is zwaar kan zijn. Bij de finca aangekomen zie je dat het een groot terrein omslaat met talloze gebouwen.

 

Het hoofdgebouw heeft twee grote houten vlonders – de ene dient als restaurant en receptie en de ander om tenten in op te zetten en mensen een mogelijkheid te geven in de hangmat te slapen.

 

Daarachter zijn een aantal kamers (de meeste kleine slaapzalen) met een grote en een aantal kamers voor alleen slapers. Naar mijn weten zijn er boven ook nog mogelijkheden om te slapen. Helemaal achter zijn een behoorlijk aantal wc’s en douches. Het uitzicht van de vlonders had fantastisch kunnen zijn al ware het niet dat de bomen tegenwoordig behoorlijk in het zicht van het meer komen te groeien en ook de vulkaan is allang niet meer goed zichtbaar.

 

Het eten is goed en betaalbaar – ik vond het alleen een beetje saai daar al is het strand niet heel ver weg en de petrogliefen ook niet.

 

  • Naam : Hostal Monkey Island (Merida)

Prijs : 375 C$ (double)

Tel.nr. : 89857800

Email : www.freewebs.com/monkeysisland

 

Inhoud:

Dit is een meer “homy” hostal als je het vergelijkt met de finca in Balgue. Als de bus al gaat is het toch nog een stukje doorlopen en dan kom je op een terrein met een groot stuk betonnen vloer overdekt met tafels en stoelen. De kamers zijn in clusters daar omheen gebouwd met kleine stenen paadjes. Je kunt kiezen tussen een slaapzaal, doubles en volgens mij ook in je hangmat of tent.

 

Het personeel is vriendelijk en behulpzaam. Vooral de “double” (als je iemand kunt vinden om mee te delen) is een zeer goede deal, omdat je dan je eigen wc en douche hebt en een rustige kamer met daarvoor een stuk terras met twee schommelstoelen.

 

Je kunt hiervandaan verschillende dingen ondernemen; zoals een wandeling naar de waterval (4 uur in totaal), een kajaktrip of een hike op de vulkaan Maderas.



zie ook:




meer links:


Bromo vulkaan

INDONESIE

Een Bromo zonsopgang tour bij de actieve vulkaan is een van hoogtepunten van Java. 

Villa Rica vulkaan

CHILI

Je kunt een meerdaagse hike maken rond de vulkaan Villarica niet ver vandaan het toeristische Pucon.