Reisverhalen - Macedonië

tetovo en sveti jovan bigorski



aankomst in tetovo


Nog moe van de korte nacht sta ik slaperig op het busstation van Skopje. Dan koop ik een kaartje naar Tetovo voor half tien. Om de haverklap stoppen we en laten we mensen erin. Als we eindelijk Skopje uitrijden zit de bus nagenoeg vol.

 

De rit zou zo’n 40 minuten duren maar het duurt een uur en dat ligt niet aan de grote snelweg die er in keurige stad bijligt. Van ver is deze grote “Albanese” stad in Macedonië zichtbaar tegen de bergkam van Sar Planina aan.

 

Ik had de buschauffeur al gevraagd waar uit te stappen aangezien ik naar het geschilderde klooster toe wilde en nu even voor een grote bocht laat hij mij eruit met wat anderen. Er schijnt nog een oudere man – een Pool- ook naar het klooster te willen en de chauffeur wijst op een taxi.

 

De man wil net als mij liever lopen en we besluiten samen te gaan.

 

Z’n Engels is beroerd maar hij spreekt krakkemikkig Duits, net als ik en zo zigzaggen we door de stad heen. Vooral het centrum met z’n gezellige terrasjes langs de Pena rivier zien er perfect uit net als de oude hammam waar nu een expositie in gezet is. 


Sarena Dzamija


Dan zien we het klooster Sarena Dzamija en ik moet direct denken aan “the house of cards” omdat de buitenkant geverfd is in de vorm van speelkaarten met verschillende kleuren maar dezelfde opdruk (de achterkant van de kaarten zien er zo uit). We gaan de drukke weg over en neem een kijkje dichterbij.

 

De hele buitenkant is “kaart” en we wandelen langs de kloostermuur het hek door naar de binnenplaats. Hier zitten drie oudere mannetjes thee te drinken.

 

De Pool kan een beetje converseren en ik begrijp dat we onze schoenen uit moeten doen als we naar binnen willen gaan – en dat willen we. 

 

Felle kleuren en kandelieren

Binnen ligt een gigantisch dik rood met goud afgewerkt kleed. Het is een vierkant geheel, niet heel groot en de drie balkons binnen vallen direct op net als het witte marmeren trappetje dat naar zo’n 3 meter boven leidt – tegen de muur aan. Eigenlijk weet ik nog na al die jaren niet waar deze heen leidt en waarvoor dient in moskeeën.

 

De koepel is versierd met kleine ronde schilderijtjes zo lijkt het en daaromheen is veel geel gebruikt. Het schijnt overigens dat ze 30.000 eieren hebben gebruikt om de verf zo glansrijk te krijgen.

 

Er zijn behoorlijk wat ramen en er hangen zeer pompeuze kandelieren aan het plafond. De Pool ben ik kwijt en besluit dat het tijd is om een hapje te eten. Bij een lokaal restaurantje wandel ik naar binnen en bestel een 6-tal kebabi’s. ik moet 80 MKB afrekenen wat echt een koopje is voor wat ik heb gekregen.

 

Het is nog even zoeken naar het busstation maar het blijkt dat ik dezelfde weg moet teruglopen als ik heen ben gekomen en dan langs het grote “Vero” supermarktgebouw en dan rechtsaf.

 

Er begint een discussie tussen twee mensen achter het raampje en het meisje achter de toonbank over m’n busticket naar het klooster van “Johannes de Doper” in het Mavrovo NPConclusie is dat de bus wel direct doorgaat en dat ik gewoonweg moet wachten tot 13:00 wanneer er een minibusje komt die ik wel moet waarschuwen dat hij stopt bij het klooster. Het zal mij benieuwen waar ik vanavond terechtkom. 



Mavrovo Nationaal Park


Ik stap even voor enen in een minibusje in en maak de chauffeur duidelijk dat hij wel moet stoppen bij het klooster. 

 

Al heel snel raak ik aan de praat in het busje met een Albanese jongen die een paar jaar in de V.S. heeft gewoond en dus perfect Engels spreekt.

 

Ook kan hij goed inschatten wat ik wil weten, welke fouten ik zou maken en we praten over de bevolking, mentaliteit en politiek in Macedonië en Albanië. De rit gaat snel en af ent toe probeer ik even te genieten van het nationaal park wat we net zijn binnen gereden.

 

Het park staat bekend om z’n skipiste, watervallen, vele naaldbossen, hoogste berg van het land en kleine traditionele (inmiddels bijna verlaten) dorpjes. We rijden langs het prachtige blauwe meer van Mavrovo en opeens zie ik het bordje van m’n klooster.

 

De chauffeur was het stiekem toch opeens vergeten en de jongen schreeuwt naar voren om te stoppen. We nemen afscheid en ik pak m’n tas uit het achterruim. Het is half drie. De weg gaat hier steil omhoog in haardspelbochten en omhoog kijkend zie ik alleen bomen en een steile rotswand. Hoe ver zou het zijn? 

 

Het valt mee en na een paar honderd meter klimmen loop ik langs de hoge kloostermuren die hier zijn aangebracht. Opgelucht wandel ik de poort onderdoor en sta dan op het binnenplein.

 

Een vijvertje, prachtig gerenoveerde gebouwen en ik zie al wat monniken rondlopen. Ik wandel het souvenirwinkeltje in en vraag of er een slaapplaats is. Ik moet broeder Serge vragen die blijkbaar in de kerk aanwezig is.

 

Een vol klooster

In de kerk kom ik weer een monnik tegen maar Serge is verderop. Dan eindelijk ontmoet ik een man met een lange witte baard en dit moet dan de baas zijn. Hij staat met wat mensen te praten en ik vraag op gedempte toon of er misschien kans is dat ik hier kan blijven overnachten. Normaliter wel zegt hij rustig maar het is heel druk en het zit eigenlijk vol. Vol? Een klooster vol? Dat heb ik nog nooit gehoord. 

 

Ik heb altijd geleerd dat er altijd plek is voor een heilige ziel meer. Blijkbaar gaan de kloosters commercieel of is de mentaliteit veranderd. Of mijn gezicht stond de brave borst niet aan. Super teleurgesteld bedank ik de man en wandel weg. Maar niet voordat ik van prachtige uitzicht heb genoten van de bergen aan de overzijde. 



Johannes de Doper klooster


Dan wandel ik het klapstuk van dit klooster in – vlak voor het altaar hangt een zilveren ring op zo’n 3 meter en daarachter bevind zich een altaar, helemaal van hout, bewerkt tot in de kleinste detail. 

 

Legende gaat dat de makers nadat het klaar was hun spullen in de rivier hebben gegooid zodat niemand het ooit kon namaken.

 

Het is fantastisch maar word gek van een monnik die constant achter mij aanloopt – waarschijnlijk bang dat ik wellicht een fotootje maak. Ik maak nog een keer duidelijk dat ik het vreemd vind dat ik bij een klooster wordt weggestuurd – ik heb geslapen in kloosters in Strumica en Krivka Palanka zonder problemen.

 

Waterpomp is een uitkomst

De man vind het sneu en begint over een hotel op zo’n 3 kilometer afstand. Onderweg naar beneden kom ik een hele Nederlandse tourgroep tegen waar ik m’n verhaal even tegen vertellen en kom in het dal de chauffeur van die bus tegen.

 

Hij wil mij straks wel meenemen naar Debark want het hotel verderop is peperduur zegt hij. Ik begin te wandelen en kom na zo’n 1,5 kilometer langs de snelweg die eigenlijk levensgevaarlijk is een houten huisje tegen met twee waterpompen.

 

Ik vul m’n flesjes, spat wat water in m’n gezicht als ik opeens een busje aan zie komen. Ik ren naar de weg, sla met m’n handen en zie hem verderop stoppen. Het busje zit vol en m’n tas past niet meer achterin. Ik neem plaats op de achterbank waar ik onderuit moet zitten daar ik anders met m’n hoofd in het dak zit. Jammer genoeg zie ik op deze manier weinig van het prachtige landschap wat langs ons heen scheert.

 

Het meisje attendeert mij nog wel op het grote meer wat net voor Debark wordt overschreden met een brug. 


Albanese mentaliteit


In het centrum van Debark betaal ik de chauffeur 100 MKD wat volgens mij veel te veel is voor dit korte ritje. Een taxichauffeur gebruik ik om info te vergaren over een eventuele slaapplaats hier.

 

Hij zegt iets over een hotel zonder naam verderop voor 5 euro. Ik begin te lopen, kan het niet vinden en vraag weer. Een oudere man neemt mij mee terug het centrum in en laat mij daar achter. Een personeelslid zegt dat de kamers 21 euro zijn inclusief ontbijt. Ik vind het veel te duur en begin weer over het goedkopere hotel.

 

Twee jongens op het terras pikken mijn verhaal op en willen mij wel even brengen. Het hostel is boven een benzinestation gelegen en de kamer ziet er prima uit. Ik hap toe en zwaai de jongens toe dat ik hier blijf. Ik betaal de rekening en wandel dan terug het dorp in om wat te eten.

 

Ik doe wat boodschappen en vraag direct bij het nabije bus stationnetje hoe laat bussen morgen vertrekken. Nu maar hopen dat er niemand hier een sigaretje opsteekt vannacht. 



tips & advies (2015)


Debark  - Ohrid: er gaan bussen om 07:00 en 13:00 via Struga naar Ohrid. Kosten 150 MKD, duur 1,5 uur. Je kunt ook een bus nemen om bijvoorbeeld om 10:00 naar Struga en daarvandaan een taxi nemen. 

 

Het busstation ligt even buiten het centrum – nabij m’n hostel (zie onder). 


Ik heb een heerlijke hap gegeten bij Rimmi restaurant in het centrum van het stadje. Zeer vriendelijk en opgewekt personeel (omdat ik een buitenlander was) en een perfecte maaltijd voor weinig. 


Naam : Deniz patrol (Debark)

Adres : nabij het busstation

Prijs : 300 MKD (single) 

 

Inhoud: 

Nooit had ik verwacht dat er een hostel boven een tankstation zou zijn maar voor alles is een eerste keer. Ik had niets verwacht en alles viel dus reuze mee. Er zijn zo’n 5 kamers en 2 badkamers. Het is niet allemaal super schoon maar er ligt zelfs zeep in de badkamer.

 

In m’n kamer waren twee 1 persoons bedden, een tafeltje, een TV en een kast. Er lagen keurig twee handdoeken. Het is wel wat gehorig zeker als je kamer aan de voorkant is (waar getankt wordt) en naast de douche-wc.

 

Het tankstation is 24 uur open. 



zie ook:




meer links:


Meteora

GRIEKENLAND

Op de rotsen in het prachtige Meteora, Griekenland zijn oosters-orthodoxe kloosters gebouwd. 

Nis

SERVIE

De Servische stad Nis in het zuiden gelegen is een mix van traditioneel, modern en alles ertussen in.