Achtergrondinformatie - India

persoon: "Mohandas Karamchand Gandhi"



Gandhi’s jeugd


Gandhi werd geboren als “Mohandas Karamchand Gandhi” in Porbandar, een dorpje in de staat Gujarat, India, als de zoon van de diwan (minister-president) van de provincie Porbandar. Op negentienjarige leeftijd ging hij rechten studeren aan het University College London.

 

Bij terugkeer naar India probeerde hij tevergeefs bij een advocatenkantoor te werken. Hij kreeg de mogelijkheid om naar Natal in Zuid-Afrika te reizen voor werk. De periode in Zuid-Afrika was zeer belangrijk voor zijn latere vorming.


zuid-afrika


Gandhi kwam er al snel achter dat Indiers en andere gekleurden in Zuid Afrika zwaar werden gediscrimineerd en nam zich voor hier iets tegen te doen. Hij werd in de stad “Pietermaritzburg” vanwege zijn huidskleur uit de trein gezet omdat hij weigerde met zijn eersteklaskaartje in de derde klas te gaan zitten.

 

Gandhi stond op het punt om weer terug te keren naar India, maar las in de krant dat Indiërs het recht om te stemmen zouden verliezen in Zuid Afrika. Hij was medeoprichter van de Natal Indian Congres om de rechten van Indiërs en andere kleurlingen in Zuid-Afrika bij te staan. In 1897 werd hij bijna vermoord.

 

In september 1906, tijdens een bijeenkomst in Johannesburg, introduceerde Gandhi de satyagraha (trouw aan de waarheid) en zette hij zijn plannen om over te gaan tot vreedzaam protest uiteen. Gandhi riep het volk op zich te verzetten tegen de pasjeswetgeving, maar er mocht geen geweld worden gebruikt en niet eens worden gescholden.

 

In de zeven jaar die hier op volgden werden duizenden in elkaar geslagen, gevangengezet en vernederd, maar er werd van de kant van de Indiërs geen geweld gebruikt. Het publiek in Zuid-Afrika begon meer en meer sympathie te krijgen voor Gandhi en uiteindelijk was generaal Jan Christian Smuts gedwongen om met Gandhi te onderhandelen. In 1914 besloot Gandhi terug te keren naar India.


de slachting van "amritsar"


Gandhi, inmiddels geïntroduceerd in de Indiase politiek, leidde in 1918 een grootschalige burgerlijke ongehoorzaamheidsbeweging in “Champaran” waar de boeren gedwongen werden om indigo te verbouwen. Hij begon de dorpen te reorganiseren en scholen en ziekenhuizen te bouwen.

 

De autoriteiten arresteerden Gandhi en het gevolg daarvan was massale protesten van honderdduizenden. Gandhi werd vrijgelaten en leidde een proteststaking tegen de landeigenaren. Gandhi kwam als overwinnaar uit de strijd. Rond deze tijd kreeg hij de bijnamen Bapu (vader) en ook Mahatma (grote ziel).  

 

In 1919 werd de Rowlatt-wet van kracht die de overheid in staat stelde om mensen zonder rechtszaak in de gevangenis te zetten. Gandhi en de Congrespartij organiseerden massale protesten. Alle steden en dorpen staakten en de overheid besloot de noodtoestand uit te roepen.

 

In Punjab vond tijdens een vreedzaam protest de Slachting van Amritsar plaats waar volgens officiële bronnen 379 burgers door het leger werden gedood. Andere bronnen houden het op meer dan 1000 slachtoffers.

 

Deze slachting veroorzaakte een enorm trauma in het land en woede en geweld konden niet worden onderdrukt. Gandhi bekritiseerde beide partijen, zowel de Britten als ook het geweld van de Indiërs, en hield een zeer emotionele toespraak waarin hij zei dat alle geweld kwaad is. De Indiërs moesten niet schuldig worden aan haat jegens Britten. Hij besefte dat onafhankelijkheid de enige oplossing was en ging streven naar zelfbestuur.


“Swadeshi” en de splitsing


Eind 1921 werd Gandhi voorzitter van de Congrespartij. Hij was van mening dat onafhankelijkheid één van de doelen in het partijprogramma moest worden en begon zijn geweldloze platform uit te breiden met de “swadeshi” – boycot van buitenlandse goederen, Britse in het bijzonder.

 

Als voorbeeld nam hij kleding en hij riep iedereen op zelf kleding te spinnen. Bovendien vond Gandhi dat vrouwen ook een rol moesten hebben in de onafhankelijkheidsbeweging. Het protest richtte zich uiteraard niet alleen op de kleding maar op een grootschalige burgerlijke ongehoorzaamheid tegen de Britse bezetting.

 

De campagne was enorm succesvol, maar in februari 1922 ging het mis in “Chauri Chaura” toen daar geweld werd gebruikt. Gandhi, die zeer strikt in zijn geweldloze overtuiging was, riep op tot beëindiging van de campagne. Ironisch genoeg werd Gandhi zelf gearresteerd wegens aanzetting tot rebellie.

 

Gandhi werd veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf. In februari 1924 werd hij vervroegd vrijgelaten. Tijdens de afwezigheid van Gandhi was de Congrespartij in tweeën gesplitst. Ook de samenwerking tussen moslims en hindoes, die in het begin heel hecht was, begon scheuren te vertonen.

 

Gandhi riep op tot een boycot van de Indische politiek. Tevens stelde hij dat als de Britten India niet een "dominion"-status (gedeeltelijke autonomie) zouden geven, de massale protesten zouden terugkeren en er dan volledige onafhankelijkheid zou worden geëist. 26 januari 1930 werd door het Indisch Nationaal Congres uitgeroepen als de dag van onafhankelijkheid voor India. Deze datum wordt nog elk jaar gevierd.



De “zout” mars


In maart 1930 begon Gandhi een nieuwe “satyagraha” tegen de belasting op zout met de beroemde Zoutmars naar “Dandi”. Op 12 maart begon hij met zijn volgelingen in Ahmedabad aan een 400 kilometer lange tocht naar de oceaan om zelf zout te maken. De tocht werd een grote zegetocht waar duizenden Gandhi toejuichten en velen zich bij aansloten. Op 6 april kwamen ze aan in Dandi.

 

De campagne was bijzonder geslaagd en hoewel er meer dan 60.000 mensen gevangen werden gezet, bleef de opstand groeien.

 

In maart 1931 werd het Gandhi-Irwin-pact getekend die inhield dat de Britten beloofden alle politieke gevangenen vrij te laten in ruil voor het opschorten van de burgerlijke ongehoorzaamheidsbeweging.

 

Gandhi werd tevens uitgenodigd voor een rondetafelconferentie in Londen als de enige vertegenwoordiger van het Indisch Nationaal Congres. De conferentie werd een teleurstelling, want het ging voornamelijk om de Indische prinsen en minderheden en niet om de overdracht van de macht. Bovendien werd Lord Irwin opgevolgd door Lord Willingdon en deze begon de nationalisten opnieuw te onderdrukken. 

 

Gandhi werd opnieuw gearresteerd. In 1932 werd door de regering een voorstel gedaan om in de nieuwe Grondwet de Onaanraakbaren (laagste kaste) aparte verkiezingen te geven. Gandhi besloot uit protest zes dagen te vasten en dwong de regering het plan te veranderen. Tevens begon hij een campagne om het leven van de onaanraakbaren, die hij 'kinderen van God' noemt, te verbeteren.

 

Op 8 mei 1933 vastte hij 21 dagen uit protest tegen de Britse onderdrukking. In de zomer van 1934 werden er drie mislukte aanslagen op zijn leven gepleegd.


WWII en “Quit India”


Toen de Congrespartij besloot tegen de verkiezingen te strijden en macht te accepteren onder het federatieplan, besloot Gandhi zijn lidmaatschap op te zeggen. In 1936 nam Nehru het voorzitterschap op zich en keerde Gandhi terug, maar hij wilde zich voornamelijk richten op de onafhankelijkheidsstrijd en niet speculeren over de vorm van de toekomstige Indische regering.

 

In 1938 werd Bose voorzitter die het principe van geweldloosheid niet onderschreef.

 

Dit leidde tot het vertrek van de All-India-leiders en tussen 1938 en 1939 traden alle gekozen Congresleden af uit protest tegen het besluit om eenzijdig en zonder overleg India te betrekken bij WW2. Gandhi zei dat hij de Britten alleen zou steunen, als zij het doel van de oorlog, bevrijding, ook zouden waarmaken in India na de oorlog. De Britse regering reageerde hierop met afschuw.

 

De "Quit India"-campagne was de grootste en meest massale beweging voor onafhankelijkheid ooit opgezet door Ghandi. Tijdens de campagne vonden massa-arrestaties en geweld op grote schaal plaats. Duizenden werden gedood of raakten gewond door politiekogels en honderdduizenden werden gearresteerd. Gandhi zei dat in deze campagne, anders dan de vorige keren, een individueel geval van geweld van de kant van de Indiërs geen reden meer was om de campagne af te gelasten.

 

Toch riep hij iedereen op om op vreedzame wijze protest te leveren: "do or die" (doen of doodgaan) in de strijd voor de vrijheid.


india onafhankelijk


Op 9 augustus 1942 werden in Bombay Gandhi en het hele "Congress Working Committee" door Britse troepen gearresteerd. Gandhi werd twee jaar vastgehouden in het Aga Khan Paleis in Poona. Dit was een slechte tijd voor Gandhi, want zowel zijn vrouw als zijn secretaris overleden in deze periode.

 

Hij werd voor het eind van de oorlog in vrijheid gesteld vanwege zijn zwakke gezondheid, omdat Raj niet wilde dat Gandhi in de gevangenis zou sterven. Eind 1943 werd de orde in India min of meer hersteld door het hardhandige optreden van de Britse troepen, maar "Quit India" was een succes.

 

Tegen het einde van de oorlog maakte de Britse regering duidelijk dat de macht in Indiase handen zou komen. Dit was voor Gandhi reden om de campagne af te sluiten. De leiders van de Congrespartij en rond de 100.000 politieke gevangenen werden vrijgelaten. Na 90 jaar bezetting was de onafhankelijkheid voor India in zicht. Gandhi prees (zo gezegd) het Nationale leger dat streed voor Indiase onafhankelijkheid.  

 

In 1946 wees Gandhi de voorstellen van de Britse regering af, omdat hij de Moslimliga wantrouwde en de verdeling van India in moslim- en hindoestaten afwees. Dit was een van de weinige keren dat het Congres zijn advies niet opvolgde en het voorstel accepteerde. Het Congres wilde niet alleen zo snel mogelijk de macht overnemen van de Britten, maar voelde er ook weinig voor om een coalitie met de Moslimliga te vormen. Na veel overleg gaf Gandhi uiteindelijk toestemming het land te verdelen wat tot een miljoen doden zou leiden.

 

Gandhi vierde de onafhankelijkheid niet, maar bracht de dag door in Calcutta waar hij rouwde om de verdeling en een oplossing probeerde te vinden voor het geweld tussen beide groeperingen.


Moord op Gandhi


Op 30 januari 1948 moest Gandhi na de middag naar een vergadering in het Birma House over de splitsing van het Congres. Gandhi wilde dit verhinderen en wilde ook de onenigheden tussen Nehru en Patel, minister van New Delhi, oplossen. Patel ging akkoord met zijn besluit om de splitsing van het Congres voor korte tijd te laten rusten.

 

Even na vijf uur in de middag liep Ghandi op weg naar de gebedsruimte toen een extremistische Hindoe “Nathuram Godse” genaamd op hem afkwam met een pistool en hem driemaal in de borst schoot. De laatste twee woorden van Mahatma Gandhi waren: Hai Ram (“O God”) zijn geweest. De grootste Indier ooit was dood.

 

De volgende dag kwamen een miljoen mensen naar New Delhi om afscheid te nemen van hun “Bapu” en “Mahatma”. Een zee van mensen volgde de rouwstoet. Men maakte gezamenlijk te voet de tocht van “Birla Bhavan” naar “Raj Ghat”, een afstand van ongeveer 9 km waar nu een kleine vierkante marmeren steen ligt als aandenken. Zijn geboortedag wordt gevierd als Gandhi Jayanti, een dag waarop mensen van vele gezinnen hun held herdenken.

 

Bij de steen wordt dan zijn favoriete lied “Raghupati Raghava” gezongen en wordt op de ouderwetse wijze katoen gesponnen.  

 

De bekendste uitspraak van Gandhi is "De wereld biedt genoeg voor ieders behoefte, maar niet voor ieders hebzucht".



film


"Gandhi" - (1982; 8,1)

Gandhi begon zijn loopbaan als jurist en werd na een jarenlange strijd voor zijn idealen een moderne Messias, wiens passief verzet leidde tot het eind van de Engelse koloniale overheersing in India. 

 

Zijn naam is synoniem aan een levenshouding die de loop der geschiedenis heeft gewijzigd en nog steeds een inspiratiebron is voor miljoenen mensen.



zie ook: