Achtergrondinformatie - Frankrijk

"operatie chariot" (st.nazaire)


inleiding


Op 28 Maart 1942 vielen 600 Britse commando’s de door de Duitsers zwaar verdedigde dokken van de havenstad “Saint-Nazaire” aan in bezet Frankrijk.

 

De operatie die bekend staat onder de codenaam “Chariot” was deels succesvol ondanks de grote verliezen en wordt weleens de “the biggest raid of all” genoemd.  


het britse plan


Er waren verscheidene redenen voor deze aanval. Het hoofddoel was het grootste droogdok ter wereld en het enige dok aan deze zijde van de Atlantische Oceaan waarin het grootste slagschip van de "Kriegsmarine" terecht kon om herstellingen te laten uitvoeren.

 

De Britten drongen aan op een marine- en commandoaanval, uit vrees dat het slagschip “Tirpitz”, dat een een bedreiging vormde voor de Britse kust en scheepvaart, overgebracht zou worden naar Saint-Nazaire. Naast het droogdok was de ingesloten haven met een nieuwe onderzeebootbasis een doel, gebouwd door “Organisation Todt”, met 14 enorme onderzeebootbunkers, met aan de overzijde nog één onderzeebootbunker.  

 

Het Britse plan was als volgt; de verouderde torpedobootjager “HMS Campelbtown” met 75 man marinepersoneel werd omgebouwd om als “Duits” schip door te gaan en zou de sluisdeur van het “Normandië” droogdok rammen. D.m.v. speciale bommen zou deze pas uren later exploderen. De boot zou vergezeld worden door 18 lichte motorboten met 611 Britse commando’s die vervolgens zoveel mogelijk schade moesten aanrichten in de dokconstructies in de haven voor besloten werd de gevechten uit te breiden.

 

De commando’s waren in drie groepen verdeeld, te weten: aanvals-, vernielings- en beschermingsteams en werden in verschillende (soorten) boten vervoerd. Dit alles werd ondersteund door de “Royal Navy” en een luchtbombardement wat als afleiding zou moeten zorgen. Moeilijkheden waren dat het aantal Franse burgerslachtoffers minimaal moest zijn.



duitse kust- en havenverdediging


De Duitse kust- en havenverdediging te Saint-Nazaire werd voorzien als tweede verdedigingslinie in het westelijke gedeelte van Frankrijk, na die van Brest.

 

Aan beide zeezijden van de heenweg werden kustversterkingen aangebracht. Er waren voldoende kanonnen, houwitsers, een flakschip, zwaar luchtafweergeschut, zoeklichten en radar aanwezig.

 

Circa duizend man in Saint-Nazaire moesten dit alles verdedigen en bewaken en daarnaast waren nog eens zo'n vijfduizend man aan militair personeel in de stad aanwezig. Naast de onderzeeboten had de “Kriegsmarine” sterkte in Saint-Nazaire dan ook nog tien mijnenvegers, vier torpedoboten en de geduchte E-boote of ook S-boote (Schnellboote).


de aanval


Op 26 Maart 1942 ging de operatie van de Engelse zuidkust van start. De volgende dag werd een Duitse U-boot (U-593) waargenomen en gebombardeerd met dieptebommen. De commandant van de Britten ging ervan uit dat de nazi’s hun positie had doorgeseind maar later bleek dat deze alleen de torpedojagers had opgemerkt en niet de snelle motorboten voor de eigenlijke aanval. 

 

Toen om 22:00 in de avond de Britse navigatieboot werd gesignaleerd streek de “HMS Campeltown” de Duitse nazivlag in de top en voer de “Loire” op. Ondertussen bombardeerden de RAF de Duitse stellingen in de havendokken van Saint Nazaire.  

 

De expeditie kwam zonder kleerscheuren aan de monding van de Loire aan en werd pas om rond een in de nacht door de Duitsers waargenomen. Op dat moment waren ze nog zon 3 km van hun doel verwijderd.

 

De Britse officier vermomd in Duits uniform seinde terug (uit de Duitse codeboeken die eerder waren buitgemaakt) dat hij schade had en graag de haven wilde invoeren. Toen de nazi’s de list doorhadden was de ramboot al voorbij de grote kustbatterijen gevaren en op weg naar z’n doel.

 

De Britten haalde de Duitse vlag naar beneden en hezen de “Union Jack” en begonnen te schieten op een Duits wachtschip. De “HMS Campbeltown” ramde de dok en bleef roerloos midden in de constructie liggen zodat de commando’s op de boot het schip konden verlaten – het was rond twee in de nacht.  Van de motorboten werden er al 8 vernietigd in de haven voordat ze konden landen maar de meeste commando’s kwamen in het donker aan wal en begonnen hun verschillende taken onder een spervuur van Duits lood.

 

Na een half uur arriveerden de Duitse stoottroepen en werden de Britten nog heviger onder vuur genomen. Ze probeerden zich te hergroeperen tussen de pakhuizen maar werden uiteindelijk gedwongen tot overgave. Er werden nog pogingen gedaan om in kleine groepjes te ontsnappen maar de meeste werden door Duitse patrouilles gevonden en verzameld in een cafélokaal in het nabijgelegen dorpje “La Baule”. In de ochtend van de volgende dag was de hele stad omsingeld toen de nog steeds niet gevonden explosieve ladingen van de Britse torpedobootjager afgingen.

 

De Britse commando’s werden naar het krijgsgevangenkamp “Stalag 133” gestuurd.


het resultaat


Het verlies van het droogdok van Saint-Nazaire belemmerde menige zware Duitse oorlogsbodem van enige herstelling die er waren tijdens hun terugkeer naar de thuiswateren.

 

Hier konden de slagschepen "Tirpitz", "Gneisenau", "Scharnhorst" en andere grote oorlogsschepen voorlopig niet meer in afmeren voor herstel. De dokken werden (zo werd later bekend) ernstig beschadigd – sommige zo zwaar dat ze tot in het jaar 1947 onbruikbaar waren.

 

Van de 600 Britse commando’s sneuvelden er 169 en werden 214 van hen krijgsgevangen genomen door de Duitsers. Slechts 22 commando’s konden ontsnappen en vijf van hen die in de haven waren achtergelaten slaagden erin via Spanje naar Engeland terug te keren. In de totale operatie zouden zo’n 42 Duitsers komen te overlijden en bleven er 127 gewond achter.

 

Veel marinepersoneel (400 man) werd getroffen door de late explosies op de Britse boot. Omdat er verlate explosies te horen zijn geweest ging de Duitse bezetter uit van het werk van de “Resistance” (de Franse ondergrondse) – er werd op Franse burgers geschoten waarvan er later 16 zouden komen te overlijden. Ook werden er 300 Franse havenarbeiders als vergelding geëxecuteerd; zelfs leden van hun eigen “Todt” organisatie. Tenslotte werden er ongeveer 1500 Franse burgers gearresteerd en naar een interneringskamp gestuurd.

 

Ondanks het zware slachtofferaantal die de Britse overvallers ondergingen, word de “raid” op Saint-Nazaire desalniettemin tot de meest succesvolle aanval allertijden.  



zie ook: