ALGEMENE INFORMATIE - België

* Bijgewerkt t/m 2016 - wijzigingen voorbehouden. 


  • Klimaat
  • Geografie
  • Inwoners
  • Natuur
  • Dieren
  • Steden
  • Staat
  • Religie
  • Sport
  • Eten & Drinken

 


klimaat


België heeft een gematigd zeeklimaat en wijkt slechts heel weinig af van het klimaat in Nederland. De gemiddelde temperatuur in België is 11,2 °C, maar er zijn verschillen op te tekenen per regio. Die temperatuur komt, doordat de warme Golfstroom in de Atlantische Oceaan ook de Noordzee verwarmt. Daardoor wordt het in de winter gemiddeld niet kouder dan 5 °C. De laagste temperatuur wordt laat in de winter bereikt, omdat dan het water is afgekoeld. Verder heeft het weer een sterk wisselvallig karakter. België telt net als Nederland vier seizoenen:  winter in december, januari en februari, lente in maart, april en mei, zomer in juni, juli en augustus en tenslotte herfst in september, oktober en november.


geografie


België grenst aan Frankrijk in het zuiden, en aan Luxemburg in het zuidoosten. Duitsland ligt aan de oostgrens en in het noorden ligt Nederland. De Noordzee begeeft zich ten westen van België. 

 

België is ongeveer een kwart kleiner dan Nederland. 


inwoners


De Belgische bevolking bestaat voor bijna een miljoen uit immigranten. Een eerste grote golf inwijkelingen waren Italianen die in Wallonië en Limburg in de mijnen kwamen werken. Na de Mijnramp van Marcinelle in 1956 leverde Italië geen gastarbeiders meer en volgde een nieuwe golf Marokkanen en Turken die vanaf de jaren 1960 de tekorten op de arbeidsmarkt kwamen invullen. Bovendien woont er ook een gemeenschap uit de vroegere kolonie Belgisch-Kongo vooral in de Matongewijk te Brussel. De zes belangrijkste nationaliteiten zijn Italianen, Marokkanen, Fransen, Nederlanders, Turken en Spanjaarden en samen vormen zij 77% van het totaal aantal autochtonen. Deze autochtone bevolkingsgroepen wonen vooral in Henegouwen (de oude industrie-as Bergen-Charleroi), het Bekken van Luik, de voormalig Limburgse mijnstreek, Brussel en Antwerpen. Immigranten zijn verantwoordelijk voor ongeveer de helft van de jaarlijkse bevolkingsaanwas.


natuur


Het gebied van België bestaat uit twee delen: laagland, dat behoort tot de kustvlakte van de Noordzee in het noorden; en het plateau van de Ardennen in het zuiden. In Vlaanderen was de bodem op vele plaatsen vroeger moerassig, maar hij is door de mens tot wateringen gedraineerd. De rivieren Maas, Schelde en IJzer hebben een groot deel van hun stroomgebied in België liggen. In het uiterste oosten van het land ligt in de provincies Luik en Luxemburg ook een gebied dat toebehoort aan het stroomgebied van de Rijn (via de Moezel), in het zuiden van de provincie Henegouwen een klein gebied dat tot het stroomgebied van de Seine behoort (via de Oise). 21,4 procent van het oppervlak van het land is bedekt met bos, hoofdzakelijk in Wallonië. In Vlaanderen bevinden zich buiten de steden en industriegebieden vooral landbouwzones met daarnaast nog bossen vooral in de Kempen (ten oosten van de stad Antwerpen en Noord-Limburg). Belangrijke bossen in Brabant zijn het Hallerbos, het Zoniënwoud bij Brussel en het Heverleebos en het Meerdaalwoud bij Leuven. In de Ardennen is de natuur uitgestrekt, omdat de bevolkingsdichtheid er lager ligt dan in Vlaanderen. Een derde van de oppervlakte van Wallonië is bebost en dat oppervlak wordt ook alsmaar groter. Een groot deel van dat bos bestaat echter uit dennenbossen die weinig natuurwaarde bezitten. Een van de meest ongerepte stukjes natuur van België zijn de Hoge Venen. Door het strenge klimaat, de vele neerslag en de strenge, lange winters komen daar zeldzame plantensoorten voor, die ook typisch zijn voor bergstreken of voor Noord-Europa. De bijzondere flora in de Hoge Venen is echter bedreigd door de opwarming van het klimaat.


dieren


Net als in Nederland dreigen ook in België door o.a. de toenemende verstedelijking, de chemische gewassenbestrijding en de vervuiling van het oppervlaktewater een aantal diersoorten te verdwijnen, o.a. wilde kat, otter, aalscholver, roerdomp en zeelt. Lang geleden of nog maar recent zijn wolf, raaf, steur, zalm en tuimelaar verdwenen. Mol, egel en een aantal spitsmuizensoorten komen in geheel België voor. Plaatselijk komen nog vrij algemeen voor het konijn, de haas en de eekhoorn, eikel-, rel- en hazelmuizen, ratten-, muizen- en woelmuizensoorten; de hamster vooral in Haspengouw. Van de ca. twintig voorkomende vleermuissoorten zijn een aantal soorten vrij algemeen. Vos, hermelijn en steenmarter zijn zeldzaam, de bunzing algemener. Everzwijn en ree komen vooral voor in Ardennen maar ook in de Kempen. Het edelhert komt alleen voor in de Ardennen. De vogelfauna telt ca. 350 soorten, maar het zijn niet allemaal stand- of broedvogels; vele soorten zijn slechts doortrekkers of dwaalgasten.

 

De reptielen en amfibieën zijn niet zo sterk vertegenwoordigd. Hazelworm en enkele hagedissoorten zijn komen vrij algemeen voor, een drietal slangensoorten zijn zeldzamer. Naast een tiental padden- en kikkersoorten komen salamanders overal in het land voor; bepaalde soorten zijn echter vrij strikt geografisch beperkt. Van de ongeveer 150 vissoorten leven er ca. tweederde in zee en eenderde in zoetwater. De vormenrijkdom van de mariene ongewervelde fauna is beperkt door de eenvormigheid van het kustgebied. Toch komen in de uiterste zuidwesthoek bij De Panne enkele meer zuidelijke schelpen voor, zoals bijv. het "koffieboontje"; op de havenhoofden en vooral op de pier te Zeebrugge o.a. het golfbrekeranemoontje en de zeeanjelier; in de spuikom te Oostende treft men een opmerkelijke vormenrijkdom aan, o.a. van draadwormen, terwijl bijvoorbeeld de zeeduizendpoot en het manteldier Botryllus er buitengewone afmetingen kunnen aannemen. In brakke gebieden komen soorten voor als de steurgarnaal.

 


steden


De vijf grootste steden in België in chronologische volgorde zijn: 

  1. Brussel *                   - 1.200.000 inwoners
  2. Antwerpen                 -   500.000 inwoners
  3. Gent                           -   250.000 inwoners
  4. Charleroi                    -   200.000 inwoners
  5. Luik                            -   195.000 inwoners

* = hoofdstad


staat


Het Belgische staatsbestel is zeer complex. Een gebrek aan nationale eenheid en toenemende wrijvingen en conflicten tussen Frans- en Nederlandstaligen leidden uiteindelijk tot een grondige bestuurlijke hervorming waarmee in de jaren zeventig van de vorige eeuw een begin werd gemaakt. In 1995 werd onder leiding van premier Luc Dehaene de Federale Staat België gesticht. In de eenheidsstaat zijn nu drie gelijke niveaus te vinden. In de eerste plaats de Federale Staat, dan de drie Gemeenschappen en de drie Gewesten. Deze drie bestuursniveaus hebben gelijke juridische status wat betreft de wetgevende en uitvoerende macht. Daaronder komen de provincies en gemeenten als bestuurslagen.

 

Binnen de Federale Staat wordt de wetgevende macht uitgeoefend dor enerzijds het federale parlement, dat is samengesteld uit twee vergaderingen (de Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Senaat) en anderzijds de regering, met name de koning en de ministers. De koning oefent geen persoonlijke macht uit. Zijn ministers dragen de volle verantwoordelijkheid voor de wetsontwerpen die door het parlement werden aangenomen. De persoon van de Koning is derhalve onschendbaar en kan niet voor het gerecht worden gedaagd, niet in strafzaken en ook niet in burgerlijke zaken. De koning benoemt en ontslaat (op voorstel van de meerderheidspartijen) de ministers en de staatssecretarissen, die samen met hem de regering vormen. De ministerraad (waarvan de staatssecretarissen geen deel uitmaken) telt maximaal 15 leden en wordt geleid door de eerste minister. De federale regering is samengesteld uit evenveel Frans- als Nederlandstalige ministers. De bevoegdheden van de Federale Staat omvatten alles wat te maken heeft met het algemene belang, zoals leger, politie, justitie, sociale zekerheid, energiebeleid (met name het vastleggen van tarieven) en volksgezondheid. De Gewesten zijn bevoegd om te beslissen over het economisch beleid, maar de staat bewaakt de economische eenheid van het land. Gemeenschappen zijn bevoegd om over cultuur en onderwijs te beslissen, maar leerplicht en diploma-eisen worden weer door de staat bepaald.


religie


België is traditioneel een katholiek land. Het christendom verbreidde zich reeds vroeg in het gebied van het huidige België. De hervormingsbeweging in de 16e eeuw die aanvankelijk een groot succes kende in de Zuidelijke Nederlanden en gepaard ging met politiek verzet tegen de absolutistische tendens van het Habsburgse huis, werd vooral door Filips II gestuit. Onder de aartshertogen Albrecht en Isabella verdween de invloed van het protestantisme vrijwel volledig en werd het katholicisme vernieuwd. Tijdens de Franse Revolutie was het religieus verzet zeer sterk. De grondwet van 1830 waarborgt de vrijheid van godsdienst. Het - wekelijkse - kerkbezoek in België is sinds de jaren 1960 drastisch gedaald en bedroeg anno 2008 minder dan 7%, daar waar in 1950 circa 50 % van de bevolking de zondagsplicht vervulde. 

 

De rest van de Belgen is of niet meer praktiserend of agnost, atheïst, vrijzinnig (ca. 28%), moslim (ca. 4%), protestants (ca. 1%) of joods (minder dan 1%). 


(nationale) sport


Voetbal is bij jongeren de meest beoefende sport. Al in het begin van de 20e eeuw groeiden voetbal en wielrennen uit tot de populairste sporten met uitgebreide verslaggeving door pers. Populair in België is ook het veldrijden waarin het menig wereldkampioen leverde. Het land kent ook een traditie van atletiek, vooral afstandslopers. Biljart wordt veel beoefend. België domineerde de sport met driebandpionier Raymond Ceulemans die 35 keer wereldkampioen werd. In damestennis domineerden de Vlaamse Kim Clijsters en de Waalse Justine Henin. 

 

De Rode Duivels is de bijnaam voor de (spelers van de) nationale voetbalploeg van België. Het was medeoprichter van het Wereldkampioenschap voetbal en hoewel het aan de eerste drie WK's deelnam, werden alle wedstrijden verloren. Het zou tot 1954 duren voordat België weer meedeed op een WK. De grootste successen boekten de Rode Duivels in de jaren 80 onder de leiding van trainer Guy Thys: in 1986 bereikten ze de halve finale van het WK en verloren in een legendarische wedstrijd van Argentinië met Maradona. België werd vierde nadat het van Frankrijk verloor. In 1980 verloren ze de finale van het EK van West-Duitsland met 2-1. In 1982 versloegen ze wereldkampioen Argentinië in de openingswedstrijd van het nieuwe WK met 1-0. Na het WK van 2002 wist de ploeg zich, ondanks de aanwezigheid van getalenteerde spelers, niet meer te kwalificeren voor een eindronde van een EK of WK. In 2012 verliet trainer Georges Leekens, net als zijn voorganger Dick Advocaat, de Duivels. Aanvankelijk stelt men hulpcoach Marc Wilmots aan als interim-coach, maar na 2 redelijke vriendschappelijke wedstrijden en grote steun van de spelers wordt hij permanent aangesteld als trainer van de Rode Duivels. In de kwalificatiewedstrijden voor het WK 2014 verloren ze geen enkel wedstrijd en speelden enkel gelijk tegen Kroatië en Wales. Deze goede resultaten resulteerden ook in de hoogste FIFA-ranking ooit (plaats 5 in oktober 2013) en kwalificatie voor het WK 2014 in Brazilië. België kwalificeerde zich na 12 jaar opnieuw voor een internationaal voetbaltoernooi. De grote sterren die het moeten gaan doen zijn o.a. Vincent Kompany (Manchester City), Thomas Vermaelen (Arsenal), Jan Vertongen (Tottenham Hotspur) en Romelu Lukaku (Chelsea). Toch stelde het WK in Brazilië teleur met deze grote namen; na een relatief gezien makkelijke loting in de eerste ronde verslaan de rode Duivels in de 2e ronde de V.S. met 2-1. In de kwartfinale staat weer Argentinië en wederom verliezen onze zuiderburen; dit keer wordt het 1-0.  Ook tijdens het EK in Frankrijk in 2016 was België een van de favorieten. Toen zij ook nog ‘ns aan de “goede” kant van de finale uitkwamen (ze ontliepen Frankrijk, Duitsland, Spanje en Italië) zou België – inmiddels als 2e geplaatst op de wereldranking – zeker in de finale komen. Hongarije werd in de achtste finale met 4-0 naar huis gestuurd en toen zou Wales er aan moeten geloven in de kwartfinale. Na een onstuimig begin gaf Belgie de wedstrijd uit handen – de Welshmen wonnen verdiend met 3-1. 

 

Anderlecht vormt samen met Club Brugge en Standard de traditionele grote drie van België. Het speelt sinds 1935 onafgebroken in de Eerste Klasse en won sindsdien al 33 keer de landstitel, negen keer de Beker van België en tien keer de Belgische Supercup. Het won ook vijf Europese bekers: twee keer de Europacup II, twee keer de UEFA Super Cup en één keer de UEFA Cup. O.l.v. de Nederlandse coach Croon won Anderlecht in 1970 z’n eerste Europese cup (EC II) door o.a. een goal van Rensenbrink tegen het Engelse West Ham United. De supercup werd gewonnen door het Bayern Munchen van Franz Beckenbauer te verslaan. Een jaar later verloren de Brusselaren tegen HSV in de finale van de cup van bekerwinnaars. Arie Haan en Rob Rensenbrink loodsten Anderlecht derhalve in 1977 naar een derde Europese finale op rij. Anderlecht stond in het Parc des Princes tegenover het Oostenrijkse Austria Wien en won met 4-0. Enkele maanden later mocht paars-wit opnieuw opdraven in de UEFA Super Cup. Liverpool FC, dat enkele maanden voordien in de finale van de Europacup I Club Brugge had uitgeschakeld, ging in Anderlecht met 3-1 onderuit en kon in eigen huis de schade niet herstellen. Anderlecht veroverde zo zijn vierde Europese trofee in drie jaar tijd. In 1982 kon de club doorstoten tot de halve finale van de Europacup I. Daarin verloor het nipt van Aston Villa. Een jaar erop plaatste Anderlecht zich voor de finale van de UEFA Cup. Anderlecht haalde het in twee wedstrijden tegen het Portugese Benfica. Een jaar na de zege tegen Benfica stond Anderlecht opnieuw in de finale van de UEFA Cup. Anderlecht had in de halve finale Nottingham Forest uitgeschakeld en stond een ronde later tegenover het eveneens Engelse Tottenham Hotspur. Van Himst zag een tweede UEFA Cup uiteindelijk na strafschoppen aan zijn neus voorbijgaan. De Nederlandse trainer AAd de Mos leidde Anderlecht in 1990 opnieuw naar de finale van de UEFA Cup. Daarin verloor het na verlengingen met 2-0 van het Italiaanse Sampdoria.

 

In België veroverde enkel RSC Anderlecht meer landstitels dan Club Brugge (13x) en won geen enkele club meer bekers (10x) en supercups. Tevens is Club Brugge tot nog toe de enige Belgische club die de finale van de Europacup I (Champions League) speelde. Dit was in het jaar 77-78 toen Brugge verloor van het zeer sterke Liverpool. Het had twee jaar daarvoor de UEFA cup finale ook al tegen deze club verloren. In het seizoen 87-88 kwam Club uit tegen Espanol uit Barcelona in de UEFA cup finale. Ook deze strijd werden verloren. Tegen Werder Bremen werd in 1992 de halve finale verloren in de EC II (de Europese beker voor bekerwinnaars). Standard pakte tenslotte tien maal de landstitel en ook zes maal de Beker van België. Eén maal speelde de club een Europese finale. Als bekerwinnaar van het jaar voordien speelde men in de Europese Beker voor Bekerwinnaars, waar verloor van FC Barcelona met 2-1.

 

Ook wielrennen wordt veel beoefend door jong en oud. Eén van de beste wielrenners aller tijden was De Kannibaal, Eddy Merckx (onder meer 5 x le Tour de France gewonnen). Daarna stonden sterren op als Lucien Van Impe en wielerkampioenen Johan Museeuw en Tom Boonen. Nu is Philippe Gilbert de ster van het Belgische wielrennen, hij won in het seizoen 2010-2011 zowat alles wat er te winnen viel. 


eten & drinken


De Belgische keuken is de zeer gevarieerde nationale keuken van België. Terwijl een thuisbereiding eerder degelijk en landelijk is, is de fijnere kookkunst van het restaurant sterk door de Franse keuken beïnvloed, met dewelke ze dikwijls ook kwalitatief wordt gelijkgesteld. België heeft per inwoner dan ook evenveel Michelinsterren als Frankrijk. In de Belgische keuken wordt bij voorkeur gebruikgemaakt van regionale en seizoensgebonden ingrediënten, zodat er in dit kleine land toch aanzienlijke regionale verschillen in de nationale keuken bestaan. Zo worden de spijskaarten en thuisbereidingen aan de kust door mosselen en vis overheerst, terwijl in de Ardennen vooral wild wordt gebruikt. Bovendien hebben zowel Vlamingen als Walen op hun beurt eigen regionale gerechten ontwikkeld. De Belg Charles de l’Écluse (1526-1609), ook bekend als Carolus Clusius, speelde een belangrijke rol in de verspreiding van de aardappel in België (en de rest van Europa), die sinds z`n invoering van groot belang is geworden voor de landelijke keuken. Daarnaast zijn andere algemeen geliefde levensmiddelen paling, Noordzeegarnalen, mosselen, wild, worstwaren, ham, witloof en peren. Moules-frites (mosselen met friet) geldt als het nationale gerecht van België. Zeer populair zijn ook de gevogelte- of visstoofpot Waterzooi, paling in 't groen (anguilles au vert), en stoofvlees of stoofkarbonade (carbonade Flamande). In Vlaanderen kent men verscheidene bekende aspergegerechten, onder andere asperges op zijn Vlaams, gekookte asperges met aardappels, ham, hardgekookte eieren en botersaus. Ook soepen spelen traditioneel een belangrijke rol in de Belgische keuken. Een bijzonderheid is de zoete soep Truleye, die koud wordt gegeten met verbrokkelde peperkoeken erin. Er is ook een warme variant met bier, suiker, boter en muskaatnoot.

 

Streekgerechten die het tot de internationale keuken hebben geschopt zijn wildgerechten zoals everzwijn, hert of terrines, Mechelse koekoek of Mechelse kapoenen, konijn met pruimen, mosselen, maar ook Gentse waterzooi en zijn visvariant Ostendaise dragen bij aan de reputatie van de Belgische keuken. Andere typische Belgische gerechten zijn stoofvlees, paling in 't groen, hutsepot en bloedworst met appelmoes, alsook de enorme variëteit aan charcuterie, koude vleeswaren. Maar wij kennen onze zuiderbuurkeuken toch vooral om z’n frieten. rieten worden vooral in een frituur  gegeten. Een frituur kan enerzijds een doorgaans provisorische constructie zijn die zich op een strategisch gunstige plaats - zoals bijvoorbeeld op het dorpsplein - bevindt, maar kan anderzijds ook een speciaal soort van restaurant zijn waarin men overwegend gefrituurde gerechten kan eten. Hoewel frieten ook thuis worden klaargemaakt, haalt men vaak zijn frieten bij het Streekgerechten die het tot de internationale keuken hebben geschopt zijn wildgerechten zoals everzwijn, hert of terrines, Mechelse koekoek of Mechelse kapoenen, konijn met pruimen, mosselen, maar ook Gentse waterzooi en zijn visvariant Ostendaise dragen bij aan de reputatie van de Belgische keuken. Andere typische Belgische gerechten zijn stoofvlees, paling in 't groen, hutsepot en bloedworst met appelmoes, alsook de enorme variëteit aan charcuterie, koude vleeswaren. 

 

Belgische chocolade geniet wereldwijd een goede reputatie. Deze dankt ze in grote mate aan een traditie, die een strenge wetgeving voor de productie wist af te dwingen. De kwaliteit van deze chocolade wordt gegarandeerd door het door de Belgische staat opgerichte kwaliteitslabel „Ambao“. Tot de bekendste Belgische specialiteiten behoren zonder twijfel de pralines. Zij werden naar verluidt in 1912 door Jean Neuhaus junior uitgevonden. Drie jaar later zou hij de “ballotin” of het “pralinedoosje” uitvinden waardoor de pralines na aankoop hun temperatuur zouden blijven behouden. Vandaag de dag bestaan er honderd verschillende soorten. Ze worden zelfs in families ingedeeld: manons, pralines met slagroom, pralines met marsepein, met likeur, of ook nog truffels.

 

Daarnaast produceren de Belgische landbouwers een groot aantal delicate kazen, die in het bijzonder na de maaltijd worden gegeten zoals dessertkazen, Passendaele, Beauvoorde, Lo, Wijnendale, Hervekaas (fromage de Hervé), Floreffe, Maredsous, Damme, Orvalkaas, Limburger, geitenkaas, mandjeskaas, platte kaas.

 

DRINKEN: 

Een andere specialiteit is het Belgische bier, vooral abdijbier (van o.a. de abdij van Orval, abdij van Leffe, abdij van Hoegaarden, St-Feuillien, Sint-Sixtusabdij van Westvleteren of abdij Notre-Dame de Saint-Rémy) en speciaalbier zoals krieklambiek, Gueuze, Ketje (Brussels speciaalbier), Framboise (frambozenlambiek), Faro, Lambiek of Aerts. Hoewel België een klein land is, telt het een groot aantal bieren (meer dan 1.000) en een breed gamma aan stijlen. Haast elk bier heeft zijn eigen glas, dat zeer gevarieerde vormen kan hebben. De Belgische bieren worden algemeen aangenomen de beste ter wereld te zijn. 


zie ook: