Reisverhalen - Armenië

megrhi



via kapan


Na twee door de bergen rijden – haarspeldbochten, stukken asfalt weg, gaten en kuilen in het wegdek en inhalend tegenovergesteld verkeer komen we aan bij een groot leeg plein met een paar armzalige keten en een groot glazen gebouw wat dient als verzekering- c.q. bankgebouw zo te zien. Dit moet Kapan zijn.

 

Als ik m’n tas uit de achterbak trek (die grijs ziet van het stof) vraag ik direct of en waar het busje staat naar m’n volgende bestemming “Meghri”.

 

Thee als tijdverdrijf: 

Achter een paar “lada” taxi’s staat een busje en als de chauffeur die kant op wijst komt er direct achter een keetje, uit de schaduw een man tevoorschijn die “Meghri” vragend roept. Hij maakt duidelijk dat hij over een half uurtje vertrekt maar ik kan m’n tas alvast achterin leggen.

 

Ik bestel een kop thee bij een van de keten die op de ouderwetse manier gezet wordt – er wordt een gasbrandertje aangedaan met een keteltje water erop en tien minuten later zit ik ook achter de keet naast de chauffeur op een kratje en wacht tot het tijd is geworden.

 

We stappen in samen met wat andere toeristen en scheuren weg. Op de kaart zie ik dat we langs “Nagorno-Karabach” scheren wat door de lokalen en toeristen meestal kortweg “Karabach” genoemd wordt. 


Nagorno-Karabach: 

Het gebied van Nagorno-Karabach behoort formeel tot Azerbeidzjan, maar de-facto is het een onafhankelijke republiek. Azerbeidjzan heeft geen enkele zeggenschap in de regio en er is sprake van Armeense invloed op het bestuur. Ten tijde van de Sovjet-Unie was Nagorno-Karabach een etnisch Armeense autonome oblast van de Azerbeidzjaanse SSR.

 

Met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie heeft Nagorno-Karabach zich op 2 september 1991 onafhankelijk verklaard. De internationale gemeenschap en zelfs Armenië erkennen de onafhankelijkheid van Nagorno-Karabach formeel niet, omdat men de huidige vredesonderhandelingen tussen Armenië en Azerbeidzjan wil bevorderen. In deze onderhandelingen staat de status van Nagorno-Karabach centraal.

 

De hoofdstad van Nagorno-Karabach is Stepanakert al wordt de voormalige hoofdstad “Sjoesja” nog steeds als het traditionele culturele centrum van het gezien. De voormalige oblast Nagorno-Karabach werd volledig omgeven door Azerbeidzjan.


zelfgemaakte "oghee"


Deze weg lijkt op wat we eerder hebben gezien – bruine kale rotsen met af en toe wat struiken, kleine dorpjes, huizen met erven, af een toe een verdwaalde koe en weinig verkeer. 

 

Na nog geen twee uur hobbelen rijdt de chauffeur een brug over en maakt duidelijk dat dit onze bestemming is en dat we hier recht doorgaan als we richting grens en Agarak gaan. Ik stap uit met een jong Duits stel dat net als ik een nachtje in Megrhi wil blijven om morgen de Iraanse grens (gezamenlijk) over te gaan.

 

Op zoek naar het hostel: 

Vervelend alleen dat het dorp uit twee gedeelten bestaat, vaak alleen bereikbaar via een steil grindpad en we geen bordjes zien en we geen kaart hebben. We vragen wat rond maar het blijkt dat niemand echt weet waar we heen willen.

 

Een man stapt uit een grote Mercedes uit en vraagt of we een taxi nodig hebben. Nou niet echt maar misschien ook wel. Hij wil ons wel even brengen en we leggen de tassen achterin en stappen in.

 

Na tien minuten wijst hij ons een steil pad op en zegt dat het bij de blauwe deur is. We stappen een behoorlijke grote tuin in en maken kennis met de eigenaresse. Ik ding af en we krijgen onze slaapplaatsen toebedeeld.

 

M’n bed is eigenlijk een slaapbank in een grote ruime kamer waar andere mensen doorheen moeten lopen die naar hun kamer gaan. Aan een klein tafeltje krijgen we en kop thee aangeboden en een pot bramen- of abrikozen jam. Mierzoet maar heerlijk. Eten wordt geserveerd in de grote tuin die volstaat met volgroeide bomen vol vruchten – kakhi, granaatappel en ook nog wat struiken.

 

Poezen duiken overal op als we plaatsnemen aan een keurig gedekte tafel – ik zie ook voor het eerst in het land een zitbed en een hangmat vastgebonden aan de bomen hangen. Het diner is een weelde en we krijgen een volle fles “oghee” aangeboden.

 

Ook deze is zelfgemaakt (misschien zeggen ze dat allemaal wel) van de khaki vruchten uit de tuin. Het is laat als we opbreken – m’n kont plakt aan het plastic stoeltje en ik besluit nog snel een verfrissende douche te nemen voordat ik m’n geïmproviseerde bedbank inga. 


op weg naar iran


Het ontbijt is zo groots als het diner gisteren – wederom is de tafel voor ons gedekt in de tuin en de katten komen al aanlopen. De haan kraait, we krijgen Nederlandse koffie en mij was al eerder opgevallen hoe laat het leven hier begint.

 

Het is half negen en je kunt een kogel afschieten. Ik betaal m’n rekening en heb inmiddels een taxi besteld om 900 uur.

 

Waarschijnlijk is het een familielid maar de man brengt ons in een klein half uurtje met wederom een oude Lada naar de douanehuisjes aan de Armeense kant. We hebben nog even het prachtige uitzicht in ons opgenomen rond “Mughri” en “Agarak” wat al behoorlijk op een woestijn begint te lijken.

 

Op zoek naar de hoofddoek: 

Het is nog droger dan het centrale gedeelte van het land en aan de overkant zien we de de kale bruine zand- en rotsbergen van Iran. Het laatste stuk voor de grens is een weg langs de natuurlijke riviergrens tussen de beide landen waar een armzalig prikkeldraad hek met hout is getimmerd om ongenode gasten te weren.

 

De vrouw heeft ons een aantal keren verteld dat we niet meer dan 2000 aan de taxichauffeur moeten betalen en gelukkig kan ik op deze wijze m’n losse Armeense geld “dumpen”. Op een klein bankje in het douane-gebouw van Armenië zitten twee Chinese vrouwen – het blijken moeder en dochter te zijn en aan hun vragen te merken zijn ze behoorlijk wanhopig op zoek naar medereizigers waarmee ze samen een taxi kunnen nemen en/of aan kunnen hangen.

 

Wij maken duidelijk dat we wel met z’n vijven kunnen gaan en we wandelen de brede brug over (terwijl we nog tweemaal onze paspoorten moeten laten zien) richting de echte Iraanse grens.

 

De vrouwen doen hier hun hoofddoek om en bedekken hun schouders en wat al niet meer; iedereen ritst z’n pijpen aan z’n broek en we gaan op weg naar Iran! 



tips & advies (2014)


Goris – Kapan – Meghri: er gaat geen bus o.i.d. rechtstreeks naar Meghri (plaats voor het overgaan van de Iraanse grens) maar de busjes zijn redelijk op elkaar afgestemd. Er zou een busje gaan om 09:00 maar die ging niet. Ik had het busje om 12:00 (er schijnt er ook eentje om 15:00 te gaan) en deze deed er zo’n 2 uur over. Kosten 1500 AMD. 

 

Het busje van Kapan naar Meghri gaat om 14:30 en kost 2000 AMD (dit is een behoorlijke sjeike minibus). 

 

TIP: kom tijdig naar het busje dat van Goris naar Kapan rijdt – ik heb een hele groep toeristen zijn afdruipen omdat het gewoonweg “vol” zat. 

 

De marshrutka die van Goris naar Kapan rijdt vertrekt van de hoek van de straten “Komitas” en “Syuniki”. In Kapan kom je aan op het busstation (is een leeg veld) en hier rijdt ook een busje verder naar “Meghri”.


Naam               : B&B “Haer

Adres               :  14 Karakert Poghots

Prijs                  : 5000 AMD (veredelde slaapzaal )

Tel.nr.                : 43054 093545414

E-mail               : info@bedandbreakfast.am

 

Inhoud:

Mariet runt dit behoorlijke grote B&B op zo’n kilometer afstand van het centrum. Vraag even rond want het is soms moeilijk te vinden en markeringen ontbreken. Er zijn verschillende kamers in dit grote houten gebouw waar naar mijn weten de gasten allen op de bovenste (eerste verdieping slapen).

 

Zo sliep ik in een veredelde slaapzaal op een 2persoons bedbank waar mensen in- en uitliepen die in de twee kamers die daar aan vastzaten sliepen. Maar ik heb ook een goede kamer gezien op zichzelf.

 

Er is een prima douch en wc aanwezig op dezelfde verdieping. Diner (3000 AMD) is groots en wordt geserveerd in de tuin inclusief heerlijke oghee. Ook het ontbijt (2000 AMD) is de moeite waard en wordt op deze heerlijke koele plek opgediend onder de kakhi en granaatappelbomen. Zij kan ook voor een taxi regelen (2000 AMD) naar de douane met Iran. 



zie ook:




meer links:


Van

TURKIJE

Van oudsher is de stad Van met z'n grote meer een "stronghold" van de Armeniërs. 

Kashan

IRAN

Niet de meest toeristische stad van Iran maar wel een van de mooiste en meest interessante.